Modals

• Engels
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Welcome back 4A

     Welcome 

Verwachtingen deze les!

Ik verwacht dat je luistert en aantekeningen maakt.

Tijdens de les ben je stil.

Bij vragen steek je een vinger op.

Planning van vandaag:

• Grammatica uitleg

         * Can & could

         * Must & should

         * Have 

• Oefeningen maken

Can

English	Dutch
can (+)	kan
can't (-)	kan niet

When

'Can' wordt gebruikt om te praten over regels die voor ons zijn gemaakt. 

What we can and can't do.

We can't (cannot) talk during this explanation. 

Could/couldn't + verb

Beleefde vraag

Als je iets voorstelt

Mogelijkheid

Could I have a copy?

We could have a dance competition.

Couldn't we ask Tim to write the article?

It could save time.

I couldn't tell you

Zou mogen

Zouden kunnen

Zouden niet kunnen

Zou kunnen

Zou niet kunnen

Verschil Can and Could

Can	Could
Kunnen	Zou kunnen
Minder beleefd	Beleefd
Tegenwoordige tijd	Tegenwoordige en verleden tijd

Verschil Must and Should

Must	Should
Moeten	Zou kunnen
Jij (spreker) vindt dat iets moet	Iets dat eigenlijk zou moeten
	Als je een advies geeft

 Gebruik:

• Advies geven
• Zeggen wat iemand (niet) moeten doen

 Vorm:

• should
• shouldn't

Should:

• (zou) eigenlijk moeten

Shouldn't:

• (zou) eigenlijk niet moeten

• Na should en shouldn't krijg je altijd het hele werkwoord.

should <> shouldn't

(zou) eigenlijk moeten

have to don't have to

Om te zeggen dat iets moet (verplicht wordt) gebruik je have to + hele werkwoord.

I have to clean.

You have to clean.

He / she / it has to clean.

We have to clean.

You have to clean.

They have to clean.

I don't have to clean.

You don't have to clean.

He / she / it doesn't have to clean.

We don't have to clean.

You don't have to clean.

They don't have to clean.

Bevestigend

Ontkennend

What do you know about Modals?

Zelfstandig werken

Wat	Opdrachten 6, 7, 8, 10
Hoe	De opdrachten maak je in stilte.
Hulp?	Steek je vinger op en vraag de docent om hulp.
Ben je klaar?	1. Studeer woordjes voor de toets in stilte . 2. Lees je leesboek in stilte.