In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 90 min
Onderdelen in deze les
Check in
đđđđđ
Slide 1 - Poll
8.1 en 8.2
Slide 2 - Tekstslide
Welke invloed hebben alle gele factoren op de populatiegrootte?
Groei
Afname
Emigratie
Immigratie
Concurrentie
meer voedselaanbod
Predatie
Parasieten
Strenge winters
Geboorte
Slide 3 - Sleepvraag
Welke factoren hebben een grotere invloed als de populatiegrootte toeneemt? (welke factoren hebben een grotere invloed bij de groene pijl?) --> Sleep die kaders op de pijl
Temperatuur-schommelingen
Infectieziekten
concurrentie
Voedselaanbod
Predatie
droogte
Slide 4 - Sleepvraag
8.1 en 8.2
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Leerdoelen
- Je legt uit hoe stoffen zoals koolstof en stikstof via kringlopen door een ecosysteem gaan. - Je legt uit hoe energiestromen in een ecosysteem verlopen. - Je beschrijft factoren die invloed hebben op de afbraak van organische stoffen.
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Fotosynthese
Assimilatie: maken van organische stoffen vanuit anorganische stoffen
Voortgezette assimilatie: andere organische stoffen maken
Dissimilatie; verbranding (tegenovergestelde van assimilatie)
Slide 9 - Tekstslide
Organische stoffen
-Door organismen gemaakt
-Bevat C, H, O, N
-Groot molecuul
-Bevat veel energie
-Glucose, vetten, eiwitten, DNA
Anorganische stoffen
-In levende en niet levende natuur
-Alle soorten atomen
-Kleine moleculen
-Bevatten geen/weinig energie
-NaCl, H20, CO2, O2
Slide 10 - Tekstslide
Wie maken er organische stoffen uit anorganische stoffen?
A
de consumenten
B
de producenten
C
de reducenten
D
zowel de reducenten als de producenten
Slide 11 - Quizvraag
Anorganische stoffen
Organische stoffen
CO2
C6H12O6
Koolhydraten
H2O
NH4+
Eiwitten
Vetten
Nitraat
Slide 12 - Sleepvraag
Heterotroof/Autotroof
Heterotrofe reducenten die aan dissimilatie doen met zuurstof (aeroob) halen veel meer energie uit organisch stoffen dan zonder zuurstof (anaeroob)
Chemo-autotrofe energie uit chemische reacties --> productie organische stoffen
Slide 13 - Tekstslide
Een voedselketen loopt altijd volgens een vaste opbouw:
Producenten
Reducenten
Consumenten (herbivoor)
Consumenten (carnivoor)
Slide 14 - Sleepvraag
Sleep ieder tekstblok naar ÊÊn van de plekken in dezelfde kleur
Autotroof
Heterotroof
Consument
Producent
Energie uit zonlicht
Energie uit andere organismen
Slide 15 - Sleepvraag
Slide 16 - Tekstslide
Energiestroom
Energiestroom = stroom van energie door de verschillende trofische niveaus in een ecosysteem
in een voedselweb geven de pijlen de energiestroom aan
Groene pijlen = stroom van stoffen
Rode pijlen = stroom van energie
Slide 17 - Tekstslide
Piramide van aantallen - 1
Aantallen: Hoeveelheid individuen zijn er aanwezig in een schakel van een voedselketen
Slide 18 - Tekstslide
Piramide van aantallen - 2
De vorm hoeft niet altijd een piramide te zijn.
Slide 19 - Tekstslide
Piramide van biomassa
Biomassa: alle organische stof in ÊÊn schakel van een voedselketen, drooggewicht in g/m2 (Koolhydraten, eiwitten, vetten, mineralen)
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Piramide van productiviteit
Piramide van biomassa is een momentopname. Na de oogst zal de biomassa van de producenten klein zijn. Jaargemiddelde: piramide van productiviteit.
Slide 22 - Tekstslide
Zie afbeelding hiernaast.
Wat is de verwachting voor de biomassa van garnalen na dit punt?
A
Een toename
B
Een afname
C
blijft gelijk
D
kun je niet uit deze figuur concluderen
Slide 23 - Quizvraag
timer
5:00
Slide 24 - Tekstslide
Opdrachten
- Maken 8.1
- Maken 8.2
-Voorbereiden PO waterdieren
Slide 25 - Tekstslide
Leerdoelen
- Je legt uit hoe stoffen zoals koolstof en stikstof via kringlopen door een ecosysteem gaan. - Je legt uit hoe energiestromen in een ecosysteem verlopen. - Je beschrijft factoren die invloed hebben op de afbraak van organische stoffen.
Slide 26 - Tekstslide
Welke (a)biotische factor zorgt niet direct voor een verhoging van de selectiedruk?
A
Toegenomen predatie
B
Een grotere habitat
C
ziekten
D
Immigratie
Slide 27 - Quizvraag
Welke grafiek is een juiste weergave van de populatiegroei van een invasieve exoot?