5.5 Transport in planten

5.4 - Planten leggen energie vast

Herhaling
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

5.4 - Planten leggen energie vast

Herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Huidmondjes
Planten ademen via hun huidmondjes

Overdag verbruikt de plant veel CO2, dus is de concentratie CO2 in de plant laag
Via diffusie komt CO2 door de huidmondjes het blad in

Overdag produceert de plant veel zuurstof, dus de concentratie zuurstof in de plant is hoog
Via diffusie gaat zuurstof door de huidmondjes het blad uit.

Slide 2 - Tekstslide

Planten
‘s Nachts maakt de plant geen zuurstof. (Waarom niet?)

De plant verbruikt ‘s nachts wel zuurstof. (Waarvoor?)

Slide 3 - Tekstslide

‘s Nachts maakt de plant geen zuurstof. Waarom niet?
A
Geen fotosynthese want geen licht
B
Geen fotosynthese want geen water
C
Geen verbranding want huidmondjes dicht
D
Geen verbranding want geen CO2

Slide 4 - Quizvraag

De plant verbruikt ‘s nachts wel zuurstof. Waarvoor?
A
Opslaan voor fotosynthese
B
Fotosynthese in maanlicht
C
Verbranding
D
Huidmondjes open houden

Slide 5 - Quizvraag

Planten
Planten hebben water nodig voor fotosynthese.

Bij opname CO2 via huidmondjes ook verdamping water.

Dit kan een probleem zijn!

Slide 6 - Tekstslide

                               Een cel met veel water in de                                  Een cel met weinig water in de
                               vacuole (turgor) zet uit                                             vacuole (plasmolyse) krimpt


Slide 7 - Tekstslide

Planten: aanpassingen aan droogte
Mogelijke oplossingen:
 - minder huidmondjes/kleine bladeren/geen blad
- tijdelijk huidmondjes sluiten
- waslaag over bladeren
- alleen in de nacht huidmondjes openen.
- onder de grond

Slide 8 - Tekstslide

Planten

Nadeel als 'tijdelijk huidmondjes sluiten' lang duurt in droge periode: minder/geen fotosynthese ->geen groei of zelfs afname biomassa

Slide 9 - Tekstslide

Planten en mensen
Planten hebben water nodig voor fotosynthese.
Daarnaast verliezen ze water als ze CO2 opnemen, want: huidmondjes open en dus verdamping. 

Waar gebruiken mensen water voor?

Slide 10 - Tekstslide

Planten in het tropisch regenwoud hebben:
A
veel huidmondjes om het vocht kwijt te raken
B
weinig huidmondjes om het vocht kwijt te raken

Slide 11 - Quizvraag

Op welke wijze zijn de huidmondjes aangepast bij landplanten in een droog milieu?
A
veel huidmondjes
B
weinig huidmondjes
C
huidmondjes aan de bovenkant van het blad

Slide 12 - Quizvraag

Hoe wisselen planten gassen uit?
A
Via diffusie door de huidmondjes
B
Via osmose door de huidmondjes
C
Via diffusie
D
Via osmose

Slide 13 - Quizvraag

Welke stof wordt via de huidmondjes opgenomen?
A
Koolstofdioxide
B
Mineralen
C
Water
D
Suikers

Slide 14 - Quizvraag

Planten gebruiken glucose als...
A
Brandstof
B
Bouwstof
C
Brandstof en bouwstof

Slide 15 - Quizvraag

Via de huidmondjes van het blad kunnen zuurstof en koolstofdioxide de plant in en uit
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Welke formule voor fotosynthese klopt?
A
6 O2+ 6 H2O-> lichtenergie + C6H12O6 + 6 CO2
B
6 CO2 + 6 H2O -> lichtenergie + C6H12O6 + 6 O2
C
6 CO2 + 6 H2O + lichtenergie -> C6H12O6 + 6 O2
D
6 O2+ 6 H2O + lichtenergie -> C6H12O6 + 6 CO2

Slide 17 - Quizvraag

Wat houdt voortgezette assimilatie in?

Slide 18 - Open vraag

Welk onderdeel van het blad zorgt dat zuurstof het blad uit kan?
A
Palissadeparenchym
B
Sponsparenchym
C
Cuticula
D
Huidmondje

Slide 19 - Quizvraag

Aanwezigheid van zonlicht is de enige mogelijk beperkende factor bij fotosynthese
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Welke factor kan of welke factoren kunnen een beperkende factor zijn bij de fotosynthese?
A
hoeveelheid CO2
B
hoeveelheid mineralen
C
hoeveelheid water
D
temperatuur

Slide 21 - Quizvraag

De nettoproductie houdt in: alle glucose die...
A
...een plant produceert
B
...een plant produceert en zelf gebruikt
C
...een plant produceert die een plant niet zelf gebruikt en opslaat
D
...een plant produceert zonder de glucose die hij opneemt

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Link

Wortelharen
Wortelharen zijn hele dunne uitlopers van de wortelpunten. Hierdoor wordt het oppervlak enorm vergroot en kan de plant veel meer water en mineralen opnemen.
Bestudeer Binas 91B

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Mycorrhiza
Door symbiose van wortelharen en 
schimmeldraden (mycorrhiza)
kunnen planten meer
mineralen opnemen.

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Houtvaten zorgen voor vervoer
A
van wortel naar boven
B
vanuit blad naar wortel
C
vanuit blad naar bloem
D
zowel omhoog als omlaag in plant

Slide 46 - Quizvraag

Waardoor kunnen wortels veel water opnemen?
A
cellen hebben veel 'zuigkracht'
B
wortelharen zorgen voor oppervlakvergroting
C
omdat ze diep in de grond zitten

Slide 47 - Quizvraag

Waardoor ontstaat 'worteldruk'?
A
Doordat de houtvaten een klein volume hebben
B
door osmose in endodermiscellen
C
door verdamping in blad
D
door osmose in bastvaten

Slide 48 - Quizvraag

Waardoor ontstaat stroming in bastvaten?
A
Door osmose en drukverschil
B
Alleen door osmose
C
Door verdamping van water
D
Door plasmastroming

Slide 49 - Quizvraag

Als de druk (turgor) in de sluitcellen van de huidmondjes toeneemt, gaan de huidmondjes
A
open door krom te staan
B
dicht door krom te staan
C
open door recht te staan
D
dicht door recht te staan

Slide 50 - Quizvraag