Woorden blok 1

Constateren
A
Zien dat iets is zoals het is
B
Beargumenteren
C
De schuld geven
D
(Een idee) voorstellen
1 / 18
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Constateren
A
Zien dat iets is zoals het is
B
Beargumenteren
C
De schuld geven
D
(Een idee) voorstellen

Slide 1 - Quizvraag

Wijten
A
Uitbreiden
B
In elkaar zetten
C
De schuld geven
D
Beslissen

Slide 2 - Quizvraag

Verdringen
A
Voordringen
B
Verdrijven
C
Waarnemen
D
Beslissen

Slide 3 - Quizvraag

Besluiten
A
Voorstellen
B
In elkaar zetten
C
Beslissen
D
Afsluiten

Slide 4 - Quizvraag

Gering
A
Ongeveer
B
Altijd
C
Nooit
D
Weinig

Slide 5 - Quizvraag

Consistent
A
Consequent
B
Kwaliteit
C
Grotendeels
D
Altijd

Slide 6 - Quizvraag

Maak een goede zin met het woord 'immer'.

Slide 7 - Open vraag

Handhaven
A
In bezit krijgen
B
C
In stand houden

Slide 8 - Quizvraag

Ontrafelen
A
Kapot gaan
B
Handhaven
C
In stand houden
D
Oplossen

Slide 9 - Quizvraag

Is het goochelaar of googelaar?

Slide 10 - Open vraag

Is het mayonaise of majonaise?

Slide 11 - Open vraag

Welk woord is goed geschreven?
A
Failliet
B
Failiet

Slide 12 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
Fontijn
B
Fontein

Slide 13 - Quizvraag

Is het wenkbrouw of wenkbrauw?

Slide 14 - Open vraag

Welk woord is goed geschreven?
A
Comité
B
Comitee

Slide 15 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
Spionage
B
Spionaazje

Slide 16 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
Imuun
B
Immuun

Slide 17 - Quizvraag

Luister naar de dictee-zin.

Slide 18 - Open vraag