4W2 De zintuigen

2
De zintuigen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
AFPMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

2
De zintuigen

Slide 1 - Tekstslide

Na deze les...
1 Leg je uit op welke prikkel het zintuigorgaan reageert en hoe de prikkel wordt omgezet in een impuls; voor tong, neus en oor

2 Hoe het komt dat we hoge en lage geluiden horen en hoe een trilling in het oor verwerkt wordt
 

Slide 2 - Tekstslide

6.4 De tong
De tong (lingua) is een spier, dat wordt gebruikt voor...
  • de voedselbewerking
  • de spraakklanken
  • het waarnemen van smaak
tonglichaam
T
strotklepje
S
amandelen (lymfe) van
tong en gehemelte
A

Slide 3 - Tekstslide

6.4 De tong
De tong heeft verschillende smaak-zintuigen (papillen), verdeeld over het oppervlak...
  • een smaakknop bevat meerdere zintuigcellen
  • zij vangen moleculen op en zetten dit om in een stroompje (impuls) naar de hersenen
smaakknop
S

Slide 4 - Tekstslide

6.4 De tong
Elk smaakknopje kan alle smaken waarnemen
  • type I zout
  • type II zoet, bitter, umami
  • type III zuur (en vet?)
smaakzenuw
Z

Slide 5 - Tekstslide

6.4 De tong
Via een zenuw wordt de informatie naar het brein verzonden (impuls)

Slide 6 - Tekstslide

6.4 De tong
In de mond zijn meerdere zenuwen die de smaak kunnen doorsturen naar de hersenen.

Voor sommige smaken is ook de geur belangrijk.

Slide 7 - Tekstslide

6.5 De neus
In het bovenste deel van de neusholte ligt het reukzintuig...
  • de cellen bevatten haartjes, die moleculen uit de lucht opvangen en dit omzetten in een impuls.
  • elk type is gevoelig voor een bepaalde geur.

Slide 8 - Tekstslide

6.5 De neus
De zintuigcellen geven hun informatie door aan de reukzenuw...
  • de reukzenuw loopt langs het emotionele deel van het brein, zodat de geur beter betekenis krijgt
  • de geur kan positief zijn (prettig), maar ook negatief (gevaar)

Slide 9 - Tekstslide

6.6 De oren
Het oor bestaat uit drie delen
  1. het buitenoor
  2. het middenoor
  3. het binnenoor
1
2
3

Slide 10 - Tekstslide

6.6 De oren
geluiden
Geluiden komen door trillingen van de lucht. Dat gaat met een bepaalde golflengte...
  • als de lucht snel trilt is het geluid hoog, trilt de lucht langzaam, dan is het geluid laag.
  • hoe groter de trilling, hoe harder het geluid

Slide 11 - Tekstslide

6.6 De oren
de bouw van de oren
Het buitenoor bestaat uit...
  • een oorschelp (om geluid op te vangen)
  • de gehoorgang, dat het geluid geleid naar het trommelvlies
oorschelp
S
gehoorgang
G

Slide 12 - Tekstslide

6.6 De oren
de bouw van de oren
Het middenoor bestaat uit...
  • een trommelvlies (membrana  tympani, trilt bij geluid)
  • een middenoor- of trommelholte, waar de gehoorbeentjes liggen (hamer, aambeeld en stijgbeugel), die de trilling doorgeven van het trommelvlies aan het slakkenhuis
trommelvlies
T
gehoorsbeentjes
B

Slide 13 - Tekstslide

6.6 De oren
de bouw van de oren
Het middenoor bestaat uit...
  • de buis van Eustachius die gewoonlijk dicht zit...
  • door te gapen of slikken zorgt men voor gelijke druk in het middenoor en buitenoor
buis van
Eustachius
E

Slide 14 - Tekstslide

6.6 De oren
de bouw van de oren
Het binnenoor bestaat uit...
  • het slakkenhuis (cochlea) waar zintuigcellen voor het horen zitten
  • het evenwichtsorgaan of doolhof (labyrint) waar zintuigcellen voor de balans zitten
  • de gehoorzenuw, die impulsen van beide naar het brein brengt
evenwichtsorgaan
E
slakkenhuis
S
gehoorzenuw
Z

Slide 15 - Tekstslide

6.6 De oren
de bouw van de oren
  • het slakkenhuis bestaat uit drie kanalen, die als een spiraal zijn opgerold
  • de kanalen zijn gevuld met een waterige vloeistof
  • één van de drie kanalen krijgt het signaal van de stijgbeugel, waarbij de vloeistof zal bewegen...

Slide 16 - Tekstslide

6.6 De oren
de bouw van de oren
  • hierdoor vindt er een waterstroom (1 en 2) plaats door het hele slakkenhuis
  • in het derde kanaal (3) liggen de zintuigorganen, die impulsen via een zenuw (4) naar het brein sturen

Slide 17 - Tekstslide

6.6 De oren
de bouw van de oren
  • de zintuigorganen zijn gespecialiseerd in het opvangen van trillingen van de vloeistofstroom (in de twee kanalen)
  • wanneer trilhaarcellen bewegen, sturen ze een signaal door naar de gehoorzenuw

Slide 18 - Tekstslide

6.6 De oren
de bouw van de oren
  • een dekplaat drukt op de haartjes, waardoor deze bewegen
  • aan het begin van het slakkenhuis geven ze hoge geluiden door, aan het einde (top) geven ze lage geluiden door
dekplaatje
D
trilhaarcel
T

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Na deze les...
1 Leg je uit op welke prikkel het zintuigorgaan reageert en hoe de prikkel wordt omgezet in een impuls; voor tong, neus en oor

2 Hoe het komt dat we hoge en lage geluiden horen en hoe een trilling in het oor verwerkt wordt
 

Slide 21 - Tekstslide

Na deze les...
1 noem je de organen van borst-, buik en bekkenholte

2 leg je uit welke oorzaak een aandoening kan hebben

3 leg je uit hoe groei en ontwikkeling plaatsvinden
1 Leg je uit op welke prikkel het zintuigorgaan reageert en hoe de prikkel wordt omgezet in een impuls; voor tong, neus en oor

2 Hoe het komt dat we hoge en lage geluiden horen en hoe een trilling in het oor verwerkt wordt

Slide 22 - Tekstslide

zelf maken
H6 De zintuigen
  • Opdracht 7 t/m 11

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video