Een commercieel bedrijf is er op gericht winst te maken. Om dit te doen probeert het bedrijf zoveel mogelijk te verkopen en daarbij haar kosten zo laag mogelijk te houden. Zo creëert het bedrijf een zo groot mogelijke winstmarge.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DierverzorgingMBOStudiejaar 2,3
In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Winst
Een commercieel bedrijf is er op gericht winst te maken. Om dit te doen probeert het bedrijf zoveel mogelijk te verkopen en daarbij haar kosten zo laag mogelijk te houden. Zo creëert het bedrijf een zo groot mogelijke winstmarge.
Slide 1 - Tekstslide
Kosten
Vanuit het bedrijfsleven heb je te maken met meer dan alleen het bedrijfspand, de machines of de ingrediënten die je nodig hebt. Het gaat erom dat je je bedrijf gezond kunt houden. Denk aan het onderhouden van het machinepark, het aankopen van schoonmaakmiddelen en de kosten van medewerkers.
Slide 2 - Tekstslide
Kosten
Naast je bedrijf moet je natuurlijk ook jezelf kunnen blijven onderhouden. Je werkt immers om je privé leven te kunnen betalen. Een dak boven je hoofd, het plakje kaas op je boterham of het lidmaatschap van de sportclub. Werk je voor een bedrijf en ontvang je salaris, dan betaal je alles daarvan. Ben je eigen baas, dan haal je dit uit de opbrengsten van je bedrijf.
Slide 3 - Tekstslide
Kosten
Van de omzet moet dus nog geld af, maar over wat voor soort geld hebben we het dan? We praten in dit geval over kosten. De kosten bestaan uit de prijs die je betaald voor het maken van een product, gebruik van productiemiddelen en/of dienst.
Slide 4 - Tekstslide
Afzet
Bij een Dierenspeciaalzaak gaat het om de producten die verkocht worden, bij een Hondentrimsalon kan dat de gedeclareerde uren zijn. Het aantal verkochte eenheden (stuks, uren, etc.) noemen we afzet.
Slide 5 - Tekstslide
Omzet
Als we de afzet in geld uitdrukken noemen we dit: omzet of opbrengst verkopen.
De omzet bereken je door de volgende formule te gebruiken:
omzet = verkoopprijs x afzet (aantal verkochte eenheden)
Slide 6 - Tekstslide
Kosten
Zoals gezegd moet iedereen zijn bedrijf gezond kunnen houden en zelf eten op de plank hebben en houden. Met alleen zoveel mogelijk afzetten ben je er niet. Je kosten moeten ook nog van je gemaakte omzet afgehaald worden. Je kunt je gemaakte omzet namelijk niet helemaal zelf opmaken aan nieuwe kleding of andere leuke privé dingen.
Slide 7 - Tekstslide
Brutowinst
Wanneer je van je omzet je gemaakte kosten afhaalt, dan houdt je als je het goed doet een bedrag over. Dat noem je de winst.
De brutowinst bereken je als volgt : winst = omzet – kosten
Maak nu de opgaven uit de reader
Slide 8 - Tekstslide
Verkoopprijs
Van kostprijs naar commerciele verkoopprijs
Slide 9 - Tekstslide
Kostprijs bepalen:
Je begint met het bepalen van de Inkoopprijs.
Dit is de inkoopwaarde van de zaken die je aan de klant wilt verkopen.
(Het gaat hierbij om de inkoopprijs, zonder de BTW)
Slide 10 - Tekstslide
Opslag
Daarna bepaal je met welk percentage je de inkooprijs moet verhogen om de vaste lasten (zoals huur, lonen van medewerkers, gas, water, licht ,verpakking, derving, en natuurlijk de winst van de ondernemer), moet verhogen.
Slide 11 - Tekstslide
Opslag
Vaak hoor je hiervoor, dat de inkoopprijs x 2,5 gedaan wordt, maar dat kan afhankelijk van de werkelijke vaste kosten hoger of lager zijn.
Slide 12 - Tekstslide
Verkoopprijs
De verkoopprijs, is de optelsom, van de inkoopprijs en het opslagpercentage
Slide 13 - Tekstslide
Consumentenprijs
De uiteindelijke verkooprijs verhoog je nog met BTW. Dit noemen we de consumentenprijs, omdat consumenten (particulieren) de BTW niet terug kunnen vragen bij de BTW aangifte en bedrijven die producten inkopen wel. Bedrijven moeten de BTW uiteraard wel eerst betalen
Slide 14 - Tekstslide
samengevat
kostprijs
+ opslagpercentage
verkoopprijs
+ btw
Consumentenprijs
Slide 15 - Tekstslide
De commerciële verkoopprijs
De commerciële verkoopprijs, bereken je in ieder geval door de bovenstaande methode toe te passen, maar je neemt nog wel een aantal extra zaken mee bij het bepalen van de uiteindelijke verkoopprijs:
Slide 16 - Tekstslide
De commerciële verkoopprijs
Kijk naar het segment waarin de winkel zich bevind:
• In een hoog segment zijn klanten bereid om meer te betalen . Geeft de ondernemer extra ruimte om meer aandacht aan de kwaliteit te schenken en daarvoor een hogere verkoopprijs te vragen.
• In een laag of middensegment is hier geen of weinig ruimte voor.
Slide 17 - Tekstslide
De commerciële verkoopprijs
Wat kost een vergelijkbaar product bij een andere leverancier (klanten zullen hier in principe vaak naar kijken, zeker nu dat via internet vaak erg gemakkelijk kan)!
Wat wil de klant voor jouw product betalen? We noemen dit prijs-kwaliteitverhouding.
Slide 18 - Tekstslide
Opdracht
Zoek uit, wat de prijs voor een vergelijkbaar product/dienst, dan dat van jullie bij anderen is.
Kijk ook naar de prijs van alternatieve producten. diensten die als vervanging van jullie dienst/product kunnen dienen.
Sla de uitkomsten op. Deze heb je straks weer nodig voor het ondernemingsplan.