les 7, eigen regie en zelfredzaamheid 1, deelopdracht 3, vitale functies, VZ BOL, Susan

Eigen regie en zelfredzaamheid 1


Les 7,
Deelopdracht 3: Vitale functies 

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Eigen regie en zelfredzaamheid 1


Les 7,
Deelopdracht 3: Vitale functies 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we deze les doen?
  • FF checken: aanwezigheid.
  • Theorie: Vitale functies.
  • Deelopdracht 3.
  • volgende les/ vragen?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  1. Aan het einde van de les kunnen jullie de vitale functies benoemen
  2. Aan het einde van de les kan je vertellen hoe je de vitale functies kunt meten
  3. Aan het einde van de les kan je vertellen waarom je de vitale functies moet meten

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn vitale functies?
Vitale functies zijn de belangrijkste functies van het lichaam die nodig zijn om in leven te blijven.

Slide 4 - Tekstslide

Vraag de leerlingen om voorbeelden te geven van vitale functies en bespreek deze kort.
Waarom zijn vitale functies belangrijk?
Vitale functies zijn belangrijk omdat ze ons inzicht geven in de gezondheidstoestand van een persoon. Afwijkingen in vitale functies kunnen wijzen op onderliggende problemen.

Slide 5 - Tekstslide

Beschrijf waarom het belangrijk is om de vitale functies in de gaten te houden.
Wat zijn de vitale functies?
Hartslag
Bloeddruk
Temperatuur
Ademhaling
Bewustzijn

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vitale functies
Wat kan je meten en observeren?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vitale functies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

hoe meet je de vitale functies?
Hartslag                
                                                     Bloeddruk   
Temperatuur
                                                    Ademhaling
Bewustzijn

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom moet je bloeddruk goed zijn?
A
zodat je bloed niet stolt.
B
zodat je organen en spieren genoeg zuurstof krijgen.
C
zodat je longen goed kunnen werken.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welk vak beschrijft alleen vitale functies?
A
hartslag, bewustzijn, temperatuur
B
ademhaling, koorts, bloeddruk
C
hartslag, ademhaling, pijnprikkel
D
hartslag, temperatuur, bloedsomloop

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je ziet een bedlegerige client een hevige bloedneus hebben. Er zijn al 2 zakdoeken volgebloed. Wat doe je? Kies de juiste volgorde.
1
2
3
4
Slachtoffer geruststellen
Vitale functies controleren
Huisarts bellen
Stabiele zijligging toepassen

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe meet je de vitale functies?
Temperatuur
Ademhaling
Bloeddruk
Bewustzijn
Hartslag
bloeddruk
meter
aanspreken 
en 
pijnprikkel
Thermo-meter
pols en tellen
Observeren en tellen

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom moet je vitale functies meten?
A
Om te bepalen of je hart nog goed werkt.
B
Omdat dit door de arts wordt voorgeschreven.
C
Afwijkingen kunnen wijzen op onderliggende problemen.
D
Zodat het zorgdossier op orde is.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

deelopdracht 3
  • Zoek 3 zorgvragers binnen jouw afdeling waarbij afwijkende vitale functies voorkomen.
  • Beredeneer wat deze afwijkende functies zeggen over de gezondheidstoestand van de zorgvrager.

  • Upload je beredenering via de feedback-knop aan de vakdocent.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


volgende les:
evaluatie
vragen?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies