LLG_Didactische werkvorm

• Mentorles
• MBO
• Studiejaar 1

Didactische werkvormen  

Leereenheid 7 

Leereenheid 7

7.1 Didactische werkvormen en plaats binnen het didactische model

7.2 Inleiding en keuze van didactische werkvormen 

7.3 voorbeelden van didactische werkvormen 

7.4 Didactische hulpmiddel en het lesvoorbereidingsformulier

Leereenheid 7 

Didactische werkvormen zijn manieren waarop je de bewegingsvormen en organisatie aanbied 

Er valt veel te vertellen over didactische werkvormen. In dit thema leggen we het begrip uit en geven we een inleiding van de diverse didactische werkvormen

7.1 Didactische werkvormen en plaats binnen het didactische model

Didactische werkvormen = Manieren om actititeiten in de zaal (of veld, zwembad) zo te organiseren dat sporters zo veel mogelijk leren. 

Toelichting: het is dus een activiteit van de lesgever om een dusdanige lesgeefsituatie te creëren dat er een optimaal ''leerklimaat'' ontstaat. 

7.1 Didactische werkvormen

Didactische werkvormen kent altijd twee kanten: 

Een activiteit (actie) van de lesgever gevolgd door een activiteit (reactie) van de deelnemers.

In die zin is er sprake van een wisselwerking 

7.1.2 plaats van didactische werkvormen binnen het didactische model

Bespreek met je groepje de plaats van didactische werkvormen binnen het didactisch model.

Wat is de relatie tussen de beginsituatie en het gebruikmaken van bepaalde didactische werkvormen? Geef hier voorbeelden van.

7.2 Indeling en keuze van didactische werkvormen

We kunnen dit op drie manier indeling 

Organisatorisch: 

Zoals: 

•  Vrij werken 
•  Werken in groepen 
• Werken met vaste stroomvorm 
• Klassikaal werken

Wijze van aanbieden

Zoals:

• Stellen van vragen
  
• Geven van opdrachten
  
• Geven van instructie
  

Ruimte die de lesgever biedt.

Gesloten:

Lesgever bepaalt en neemt initiatief

Open :

Lesgever begeleidt en groep heeft keuze vrijheid over invulling les

Vrij werken: ​

Sporters hebben (vrije) keuze in de bewegingssituatie en bewegingsvorm ​

Werken in groepen: ​

Sporters worden in groepen verdeeld en gaan soms zelfstandig en soms ook onder begeleiding aan de slag. ​

Werken in vaste volgorde ​

Hierbij kun jij bijvoorbeeld denk aan toestelbaan, hindernisbaan of een circuit. ​

Klassikaal werken:​

- Alle sporters zijn met hetzelfde bezig onder leiding van de lesgever.​

7.2 Indeling en keuze van didatische werkvorm

• Beginsituatie
  

 Voorbeeld 1. een sportles aan kleuters bied je anders aan dan een aan volwassenen.

2. Een sportles aan 10 sporters beid je anders aan dan een sportles aan 30 sporters

• Doelstelling
  

Voorbeeld: 1. Als je wilt presteren bied je de sportles anders aan dan dat je ‘’lekker’’ wilt sporten.

• Bewegingsvorm:
  
• Voorbeeld: 1. bewegingsvorm waarbij veel concentratie gevraagd wordt, beid je meestal gesloten aan.
  

2. Het is belangrijk om te variëren in je bewegingsvormen. Dus veel verschillende didactische werkvormen.

7.3.1 Organisatorisch

Organisatorisch zoals: 

Vrij werken

- sporters hebben (vrije) keuze in de bewegingsituatie en bewegingsvorm.

Werken in groepen:

-Sporters worden in groepen verdeeld en gaan soms zelfstandig en soms ook orderbegeleiding aan de slag.

Werken in een vaste volgorde

-Hierbij kun je bijvoorbeeld denk aan toestelbaan, hindernisbaan of een circuit

Klassikaal werken:

-Alle sporters zijn met hetzelfde bezig onderleiding van de de lesgever

hoogspringen met behulp van de minitrampoline voor groep 7 en 8 van de basisschool
positiespel (hockey, voetbal, korfbal) voor selectieteam 13-14 jaar
positiespel (hockey, voetbal, korfbal) voor 8-9 jaar, meer recreatief van aard
speerwerpen voor een groep jeugdatleten

Beschrijf welke didactische werkvorm jij zou kiezen bij het voorbeeld en waarom

Benoem met je groepje 6 didactische werkvormen met hierbij een voorbeeld vanuit de praktijk.