Les 34: zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord

Lesplanning klas 1
- Vrij Lezen 

- Uitleg les 34: werkwoorden 

- Nakijken opdracht 3 en 4 (les 34)

- Inloggen op  online schoolmethode en oefenen (digitaal)

timer
10:00
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Lesplanning klas 1
- Vrij Lezen 

- Uitleg les 34: werkwoorden 

- Nakijken opdracht 3 en 4 (les 34)

- Inloggen op  online schoolmethode en oefenen (digitaal)

timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel 
Je kunt het zelfstandig werkwoord benoemen in de zin.

Je kunt het hulpwerkwoord benoemen in de zin. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een werkwoord?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Noteer de werkwoorden uit deze zin:
'De leerling is erg aan het gapen.'

Slide 10 - Open vraag

Noteer de werkwoorden uit de zin:
De schilder zou het raam donkergroen hebben geverfd.

Slide 11 - Open vraag

Wat is het belangrijkste ww?
'De schilder zou het raam donkergroen hebben geverfd.'
A
zou
B
hebben
C
geverfd

Slide 12 - Quizvraag

Maak de zin zonder hulpwerkwoorden. 'De schilder zou het raam donkergroen hebben geverfd.'

Slide 13 - Open vraag

Geverfd is dus het belangrijkste werkwoord in deze zin. 
Het kan alleen in de zin staan. 

Het is het zelfstandig werkwoord! 

Zou en hebben zijn hulpwerkwoorden 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk

Les 34: maak opdracht 3(kies zelf 5 zinnen), 6 en 8 . 

Klaar? Kijk de opdrachten na met een andere kleur pen. 
Vooruitwerken? Maak les 47: opdracht 1, 2 en 3 


Slide 16 - Tekstslide