Voorbereiden op Leestoets 1

Voorbereiden op Leestoets 1
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Voorbereiden op Leestoets 1

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel/leerdoel

Herhalen van de leerstof voor de toets.

Controleren wat je al kent en wat nog beter geleerd kan worden.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het onderwerp van deze tekst? ------>

Slide 3 - Open vraag

Wat is het onderwerp van deze tekst? ------>

Slide 4 - Open vraag

Wat is het onderwerp van deze tekst? ------>

Slide 5 - Open vraag

Wat is de definitie van de hoofdgedachte van een tekst?
A
De kernzin van de alinea
B
Waar de tekst over gaat
C
Het belangrijkste van een tekst in één zin
D
Een samenvatting van de tekst

Slide 6 - Quizvraag

Lees de tekst en bepaal de kernzin
Eén van de vele bedreigde diersoorten zijn de rivierdolfijnen. Ze zijn
veel minder bekend dan hun ‘neven’ die in de zee leven. Je vindt deze
walvisachtigen in een aantal grote rivieren in Azië en Zuid-Amerika.
Rivierdolfijnen zijn lastig te zien, omdat ze veel tijd onder (troebel)
water doorbrengen en omdat er steeds minder zijn. In totaal zijn er
negen soorten. Rivierdolfijnen behoren tot de meest bedreigde
diersoorten ter wereld.

Slide 7 - Tekstslide

De kernzin is
A
De eerste zin
B
De tweede zin
C
De laatste zin

Slide 8 - Quizvraag

Lees de tekst en bepaal de kernzin
Een van de belangrijkste bedreigingen is vervuiling. De rivieren in Azië
en Zuid-Amerika lijden erg onder zware industrie en het niet opvolgen
van de milieuregelgeving. Daardoor zijn milieuschandalen aan de orde
van de dag. Fabrieken lozen bijvoorbeeld stiekem schadelijk restafval.
Deze afvalstoffen tasten de natuur ernstig aan. Daarnaast is de toenemende scheepvaart een probleem. Rivierdolfijnen gebruiken
echolocatie en communiceren met geluid. De stijging van motorgeronk
in de rivieren doet de dieren geen goed. 

Slide 9 - Tekstslide

De kernzin is
A
De eerste zin
B
De tweede zin
C
De laatste zin

Slide 10 - Quizvraag

Wat doe je niet om het onderwerp van een tekst te vinden?
A
De titel lezen
B
De bron bekijken
C
De hele tekst lezen
D
De inleiding lezen

Slide 11 - Quizvraag

Wat in een tekst belangrijk is, noem je...

Slide 12 - Open vraag

Wat is het doel van een recept?
A
Informeren
B
Instrueren
C
Adviseren
D
Vermaken

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het doel van een reclametekst?
A
Adviseren
B
Informeren
C
Activeren
D
Overtuigen

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het doel van een nieuwsartikel?
A
Vermaken
B
Instrueren
C
Informeren
D
Adviseren

Slide 15 - Quizvraag

Waar kan je onder andere aan zien voor wie de tekst geschreven is?
A
Titel
B
Tussenkopjes
C
Bron
D
Lettertype

Slide 16 - Quizvraag

De gebruiksaanwijzing van de tv is een:
A
Instructie
B
Advies
C
Nieuwsbericht
D
Waarschuwing

Slide 17 - Quizvraag

Een recept is een:
A
Handleiding
B
Instructie
C
Advies
D
Informatie

Slide 18 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel van deze tekst? ------>

Slide 19 - Open vraag

Wat is het tekstdoel van deze tekst? ------>

Slide 20 - Open vraag

Wat is het tekstdoel van deze tekst? ------>

Slide 21 - Open vraag

Wat is het tekstdoel van deze tekst? ------>

Slide 22 - Open vraag

Sleep de tekstdoelen naar de juiste teksten. Je houdt er 2 over.
Amuseren
Tot handelen aanzetten
Informeren
Waarschuwen
Overtuigen
Adviseren
Instrueren

Slide 23 - Sleepvraag

Voor wie is deze reclame?
A
Kinderen
B
Jongeren
C
Volwassenen
D
Ouderen

Slide 24 - Quizvraag

Voor wie is deze reclame?
A
Kinderen
B
Jongeren
C
Volwassenen
D
Ouderen

Slide 25 - Quizvraag


Voor wie is deze reclame?
A
Kinderen
B
Jongeren
C
Volwassenen
D
Ouderen

Slide 26 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor opmaak?
(Let op de spelling)

Slide 27 - Open vraag

Verduidelijken
Info toevoegen
Aandacht trekken

Slide 28 - Sleepvraag

Klaar?
Pak je leesboek en ga stillezen.

Slide 29 - Tekstslide

Einde

Succes met leren!!

Slide 30 - Tekstslide