Laatste les voor het SE

Voorbereiden op Leestoets SE1
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Voorbereiden op Leestoets SE1

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de definitie van de hoofdgedachte van een tekst?
A
De kernzin van de alinea
B
Waar de tekst over gaat
C
Het belangrijkste van een tekst in één zin
D
Een samenvatting van de tekst

Slide 2 - Quizvraag

Lees de tekst en bepaal de kernzin
Eén van de vele bedreigde diersoorten zijn de rivierdolfijnen. Ze zijn
veel minder bekend dan hun ‘neven’ die in de zee leven. Je vindt deze
walvisachtigen in een aantal grote rivieren in Azië en Zuid-Amerika.
Rivierdolfijnen zijn lastig te zien, omdat ze veel tijd onder (troebel)
water doorbrengen en omdat er steeds minder zijn. In totaal zijn er
negen soorten. Rivierdolfijnen behoren tot de meest bedreigde
diersoorten ter wereld.

Slide 3 - Tekstslide

De kernzin is
A
De eerste zin
B
De tweede zin
C
De laatste zin

Slide 4 - Quizvraag

Lees de tekst en bepaal de kernzin
Een van de belangrijkste bedreigingen is vervuiling. De rivieren in Azië
en Zuid-Amerika lijden erg onder zware industrie en het niet opvolgen
van de milieuregelgeving. Daardoor zijn milieuschandalen aan de orde
van de dag. Fabrieken lozen bijvoorbeeld stiekem schadelijk restafval.
Deze afvalstoffen tasten de natuur ernstig aan. Daarnaast is de toenemende scheepvaart een probleem. Rivierdolfijnen gebruiken
echolocatie en communiceren met geluid. De stijging van motorgeronk
in de rivieren doet de dieren geen goed. 

Slide 5 - Tekstslide

De kernzin is
A
De eerste zin
B
De tweede zin
C
De laatste zin

Slide 6 - Quizvraag

Lees de tekst en bepaal de kernzin
Een ander probleem is dat de mens de natuurlijke gang van water
probeert te controleren. Zo worden er dammen gebouwd en
kanalen gegraven. Dit zorgt ervoor dat het leefgebied van rivierdolfijnen steeds verder verbrokkelt. Daardoor raken populaties
geïsoleerd en verdwijnen zelfs. De dammen zorgen er tevens voor
dat het voedsel van rivierdolfijnen, vissen, niet meer in hun leefgebied voorkomen. Dit heeft tot gevolg dat ze minder eten en van de
honger omkomen. 

Slide 7 - Tekstslide

De kernzin is
A
De eerste zin
B
De tweede zin
C
De laatste zin

Slide 8 - Quizvraag

Wat doe je niet om het onderwerp van een tekst te vinden?
A
De titel lezen
B
De bron bekijken
C
De hele tekst lezen
D
De inleiding lezen

Slide 9 - Quizvraag

Wat in een tekst belangrijk is, noem je...

Slide 10 - Open vraag

Wat is het doel van een recept?
A
Informeren
B
Instrueren
C
Adviseren
D
Vermaken

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het doel van een reclametekst?
A
Adviseren
B
Informeren
C
Tot handelen aanzetten
D
Overtuigen

Slide 12 - Quizvraag

Wat is het doel van een nieuwsartikel?
A
Vermaken
B
Instrueren
C
Informeren
D
Adviseren

Slide 13 - Quizvraag

Waar kan je aan zien voor wie de tekst geschreven is?
A
Titel
B
Tussenkopjes
C
Bron
D
Lettertype

Slide 14 - Quizvraag

De gebruiksaanwijzing van de tv is een:
A
Instructie
B
Advies
C
Nieuwsbericht
D
Waarschuwing

Slide 15 - Quizvraag

Een recept is een:
A
Handleiding
B
Instructie
C
Advies
D
Informatie

Slide 16 - Quizvraag

Sleep de tekstdoelen naar de juiste teksten. Je houdt er 2 over.
Amuseren
Tot handelen aanzetten
Informeren
Waarschuwen
Overtuigen
Adviseren
Instrueren

Slide 17 - Sleepvraag

Voor wie is deze reclame?
A
Kinderen
B
Jongeren
C
Volwassenen
D
Ouderen

Slide 18 - Quizvraag

Voor wie is deze reclame?
A
Kinderen
B
Jongeren
C
Volwassenen
D
Ouderen

Slide 19 - Quizvraag


Voor wie is deze reclame?
A
Kinderen
B
Jongeren
C
Volwassenen
D
Ouderen

Slide 20 - Quizvraag

0

Slide 21 - Video

Een ander woord voor lay-out is opmaak.

Bij de opmaak horen verschillende dingen:

  1.  De titel en tussenkopjes
  2. lettertype en lettergrootte
  3. De kleur van de tekst en hoe de tekst geplaatst is
  4. Afbeeldingen (foto's, tekeningen, schema's, tabellen etc.)

Slide 22 - Tekstslide

Afbeeldingen kunnen verschillende functies hebben:

- De aandacht van de lezer trekken.
- Nieuwe informatie toevoegen.
- De tekst duidelijker maken.

Slide 23 - Tekstslide

Wat is een ander woord voor opmaak?
(Let op de spelling)

Slide 24 - Open vraag

Verduidelijken
Info toevoegen
Aandacht trekken

Slide 25 - Sleepvraag

Einde

Succes met leren!!

Slide 26 - Tekstslide