Ik ken de vaste onderdelen van de recensie en kan deze verwerken in mijn recensie.
Ik weet hoe een recensent een oordeel over een boek verwoordt.
Ik kan mijn oordeel over een boek impliciet vermelden in een recensie.
Ik ken de zeven literaire argumenten en kan deze inzetten in mijn recensie.
Ik ken het AUB-model en kan dit gebruiken om mijn argumenten uit te werken.
Slide 4 - Tekstslide
vaste onderdelen boekrecensie
Feitelijke gegevens (boektitel, schrijver, uitgever, aantal bladzijden, verschijningsdatum, prijs)
Informatie over de schrijver (en verwante schrijvers en boeken)
Informatie over de inhoud en thematiek
Analyse (hoe zit het boek in elkaar) en interpretatie (wat betekent het verhaal)
Oordeel over het boek en argumenten bij dat oordeel
Enkele citaten uit het boek
Slide 5 - Tekstslide
meningen boekrecensie
Meningen kunnen gaan over:
over de structuur (opbouw: thema, motieven, personen, tijd, ruimte);
over het taalgebruik (de stijl) van een schrijver;
over de geloofwaardigheid en het realiteitsgehalte;
over originaliteit, of het al dan niet vernieuwend is;
over de bedoeling (de boodschap) van de schrijver;
over de opvattingen van de schrijver.
Slide 6 - Tekstslide
Literaire argumenten
In de literatuur hebben de argumenten die je geeft om te zeggen wat je van een roman of ander literair werk een naam. Deze noem je literaire argumenten. Deze argumenten hebben betrekking op vijf domeinen:
werkelijkheid
auteur
werk
lezer
andere werken
Slide 7 - Tekstslide
Opdracht
Start met huiswerkopdracht 1: schrijf het middenstuk van je recensie.