Ein-/kein-

Grammatik ein/kein
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Grammatik ein/kein

Slide 1 - Tekstslide

Was machen wir heute?

Slide 2 - Tekstslide

Lernziele
  • Je kent de regels voor de uitgangen van ein- en kein-.
  • Je kunt de regels voor de uitgangen toepassen.

Slide 3 - Tekstslide

Welke lidwoorden zijn er ook alweer in het Duits?

Slide 4 - Woordweb

Wat is mannelijk?
A
Der
B
Die
C
Das

Slide 5 - Quizvraag

Wat is vrouwelijk?
A
Der
B
Die
C
Das

Slide 6 - Quizvraag

Wat is onzijdig?
A
Der
B
Die
C
Das

Slide 7 - Quizvraag

Wat is meervoud?
A
Der
B
Die
C
Das

Slide 8 - Quizvraag

Overzicht per geslacht:
Mannelijk:
- Mannelijke personen, beroepen en dieren.

Slide 9 - Tekstslide

Overzicht per geslacht:
Vrouwelijk:
- Vrouwelijke personen, beroepen en dieren,
- Veel woorden die eindigen op -e.

Slide 10 - Tekstslide

Overzicht per geslacht:
Onzijdig:
- Woorden die in het Nederlands ook vaak het krijgen,
- Verkleinwoorden eindigend op -chen.
Zoals meisje betekent in het Duits Mädchen.
Dat wordt dan 'das Mädchen'.


Slide 11 - Tekstslide

Wat denk je dat 'ein' en 'kein' betekent?

Slide 12 - Woordweb

ein / kein 
een
ein-
geen
kein-

Slide 13 - Tekstslide

  • der / das            =     ein
                                         kein

  • die / die (mv)   =     eine
        
                                   keine

Slide 14 - Tekstslide

Filmpje Neue Kontakte

Slide 15 - Tekstslide

Die-woorden krijgen wel een -e aan het einde.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Der/das-woorden krijgen geen -e aan het einde.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag