De lesstof van les 15 & 16 zijn onder andere gebaseerd op les 8 van Vlot Nederlands
Thema: wetenschap (meisjes en natuurkunde, dans en wetenschap, buitenlandse studenten, Het Weekend van de Wetenschap, Erasmus)
De leerlingen hebben de verleden tijd geleerd. In deze les maken ze een herhalingsopdracht om te controleren of de verleden tijd nog wordt beheerst.
De herhalingsoefening gaat over de filosoof Erasmus [1466 - 1536].
Eerst krijgen de leerlingen kort een uitleg over wie Erasmus was. Over deze belangrijke denker uit de Nederlandse geschiedenis is op Youtube een mooie korte animatie (3:08) te vinden van HUMAN, in de serie over beroemde filosofen Durf te denken. De leerlingen kijken de animatiefilm. https://youtu.be/En8tlcrWEKc
De informatie is van een behoorlijk hoog niveau, maar de beelden ondersteunen de gebruikte taal. Een beetje uitdaging moet kunnen, maar deze extra oefening moet ook weer niet ontmoedigend werken. Neem dus de tijd en besteed in de les veel aandacht aan de moeilijke woorden.
Laat het filmpje één keer zien. Benadruk dat de leerlingen niet alles direct kunnen en zullen begrijpen: het gaat om een eerste indruk. Bespreek vervolgens met de groep wat er na de eerste kijkronde is blijven hangen. In onderlinge samenwerking zullen de deelnemers er waarschijnlijk wel in slagen een aantal elementen uit de video te benoemen.
Deel daarna kopieën uit van de woordenlijst [zie bijlage in de les]. Geef de opdracht dat iedereen individueel de betekenissen opschrijft van de woorden die hij of zij al kent. Ze schrijven de betekenissen op post-its. Ze mogen de woorden verdelen en ze mogen ook gebruik maken van het woordenboek. De groep moet samen proberen alle woorden te vinden.
Na ongeveer 5 minuten stopt iedereen met schrijven. Daarna leg/ hang je een grote versie van de woordenlijst (A3) in de klas en mag iedereen zijn post-its erop plakken. Er volgt een klassikale bespreking van de woorden, waarbij je de leerlingen zo veel mogelijk zelf het woord laat doen.
Tot slot kijk je met de groep nogmaals naar de video en bespreek je met de leerlingen de video na, zowel inhoudelijk als wat betreft de gebruikte woorden.
Het tweede deel van deze les gaat over de verleden tijd van de werkwoorden.
Eerst kijken de leerlingen naar de instructievideo waarin de regels worden uitgelegd.
Daarna maken ze de opdracht in het boek [pagina 112].