les 2 Volgen van de ontwikkeling

Les 2
Volgen van de ontwikkeling
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
K1416 Ondersteuning in de kinderopvangMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Les 2
Volgen van de ontwikkeling

Slide 1 - Tekstslide

Doelstelling
De student heeft kennis en inzichten opgedaan over de ontwikkelingspsychologie van kinderen van 0-4 jaar

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
* voorlezen
* theorie en quizvragen
* kinderliedje zingen
* Werken aan de opdracht

Slide 3 - Tekstslide

Ontwikkeling van de mens
De mens ontwikkelt zich 
  • lichamelijk en motorisch
  • verstandelijk of cognitief
  • sociaal-emotioneel

Slide 4 - Tekstslide

Lichamelijke en motorische ontwikkeling

Het lichaam ontwikkelt
De bouw van je lichaam verandert
je leert bepaalde bewegingen


Slide 5 - Tekstslide

verstandelijke of cognitieve ontwikkeling

Het verstand en leervermogen


Slide 6 - Tekstslide

Sociaal-emotionele ontwikkeling

Het gevoelsleven en de persoonlijkheid ontwikkelen zich
Het contact met andere mensen

Slide 7 - Tekstslide

Motorische ontwikkeling
sociaal emotionele ontwikkeling
cognitieve ontwikkeling
Leren lezen, kleuren herkennen
het leren van bewegingen
gevoelens voor anderen, emapthie

Slide 8 - Sleepvraag

Lichamelijke en motorische ontwikkeling baby

* Grove motoriek ontwikkelt snel
* Rollen, zitten, kruipen en lopen
* Niet alle baby's kruipen
* Ontwikkelen zintuingen: een baby ziet, ruikt, proeft en voelt


Slide 9 - Tekstslide

verstandelijke of cognitieve ontwikkeling baby

* 6 maanden geluidjes
* Rond 10 maanden praten (verschilt)
* Einde baby fase woorden combineren
* Een baby leert door herhaling
* leert door gebruik zintuigen


Slide 10 - Tekstslide

Sociaal-emotionele ontwikkeling baby

* Hechting
* Veiligheid
* Gericht op mensen, maar kan nog niet samen spelen
* 7 maanden eenkennig
* Baby's beleven plezier en lust vooral via de mond door te zuigen en te sabbelen

Slide 11 - Tekstslide


De baby herkent zijn oma.
A
sociaal-emotioneel
B
Lichamelijke ontwikkeling
C
Motorische ontwikkeling

Slide 12 - Quizvraag

Een blokkentoren leren bouwen is:
A
sociale ontwikkeling
B
emotionele ontwikkeling
C
Motorische ontwikkeling

Slide 13 - Quizvraag

pasgeboeren baby's drinken alleen en eten nog niet
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Video

Wat is wel een kenmerk van de doelgroep baby?
A
Zindelijk worden
B
Brabbelen en éénwoordzinnen
C
Klimmen
D
Logisch nadenken

Slide 16 - Quizvraag

Baby's maken eerst nog geen bewuste gerichte bewegingen maar handelen vanuit reflex (bijv. grijpreflex en zuigreflex)
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Ontwikkelingsfase de peuter

Slide 18 - Tekstslide

0

Slide 19 - Video

Wat zagen we gebeuren tijdens het filmpje


Groepsgesprek

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

taalontwikkeling
  • Eerst tweewoordzinnetjes ( pop stout / poes eten)
  •  Daarna driewoordzinnen ( daar snoep eten / auto hans mee) 
  • Leren dat alles een naam heeft ( warm, koud, bal, hard, groot) 
  • Leren dat alles in perspectief staat ( in, op, boven, onder)

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Het denken 
  • Concreet denken: denken van peuter richt zich alleen op hier en nu.
  • Magisch denken: geen onderscheid maken tussen werkelijkheid en fantasie.
  •  Animistisch denken: menselijke eigenschappen toekennen aan levenloze dingen

Slide 24 - Tekstslide

Sociale persoonlijkheidsontwikkeling
  • Normbesef: Het vormen van het geweten.
  • Egocentrisme: Bekijkt de wereld van eigen ervaring, eigen gevoelens. Niet kunnen inleven.
  • Behoefte aan sociale contacten. Eerst samen-naast- elkaar spelen dan samenspelen.

Slide 25 - Tekstslide

Lichamelijke ontwikkeling
Een peuter van 2 – 2,5 jaar kan: goed hard lopen, tegen een bal trappen, op een loopfietsje ‘fietsen’, zelfstandig van een glijbaan glijden, een toren bouwen van 6 of 7 blokjes, bladzijden een voor een omslaan

Een peuter van 2,5 – 3 jaar kan: even op één been staan, een trap op klimmen met een stap per tree, van een kleine hoogte (eerste traptrede) springen, over een gymzaalbank lopen, op een driewieler rijden, met twee benen tegelijk omhoog springen, (durft) een klimraam in, (durft) een koprol te maken met hulp, een ballon 3-5 keer omhoog houden, een aangespeelde ballon vangen, een toren bouwen van 9 blokjes, bladzijden een voor een omslaan, grote kralen rijgen


Slide 26 - Tekstslide

Lichamelijke ontwikkeling
Een peuter van 3 – 4 jaar kan: 3 seconden op één been staan, over een gymzaalbank lopen, 3 keer hinkelen, 3 keer met twee benen tegelijk naar voren springen, een koprol maken (zonder hulp), een ballon 6 x hooghouden, ongeveer 30 cm verspringen, een toren bouwen van 10 blokjes, een pen op volwassen manier vasthouden, poppetjes tekenen, papier knippen, plakken met behulp van een vinger, rondjes en plusjes tekenen, binnen 25 seconden tien knikkers in een flesje stoppen, rozijnen in een smalle opening stoppen, een eenvoudige puzzel maken

Slide 27 - Tekstslide

Er wordt ook wel gesproken over peuterpubertijd omdat peuters zo koppig zijn en vaak 'nee' zeggen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quizvraag

De peuterfase kenmerkt zich door:
A
Koppigheid en ik-besef
B
Lengtegroei
C
De ontwikkeling van de fijne motoriek
D
Samen delen en spelen

Slide 29 - Quizvraag

Een peuter kan zich al goed in een ander verplaatsen, een peuter heeft empathie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quizvraag

Een peuter is meestal al helemaal zindelijk
A
Waar
B
Niet waar

Slide 31 - Quizvraag

Driftbuien bij peuters hebben te maken met veel willen maar het nog niet kunnen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 32 - Quizvraag

Belonen van goed gedrag en straffen van ongewenst gedrag werken allebei even goed
A
Waar
B
Niet waar

Slide 33 - Quizvraag

De meeste kinderen zijn eerder zindelijk voor ontlasting dan voor urine
A
Waar
B
Niet waar

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Video

opdracht
Ga op zoek naar informatie over de ontwikkeling van een baby (0 - 12 maanden), dreumes (12 - 24 maanden) en peuter (vanaf 2 tot 4 jaar).
Orden de gevonden informatie in de volgende ontwikkelingsgebieden:
- Lichamelijke ontwikkeling
- Sociaal-emotionele ontwikkeling
- Cognitieve ontwikkeling
Maak vervolgens een schematisch overzicht waarin duidelijk wordt welke ontwikkelingen een baby, dreumes en een peuter doormaakt. Je kunt hiervoor de bijlage gebruiken.
Beschrijf bij elke ontwikkelingsfase en ontwikkelingsgebied een praktijkvoorbeeld.
Lever het schematische overzicht in op Canvas

Slide 36 - Tekstslide