wk 39: les 1+2

Dinsdag 22  september - V1a
Vandaag
  • 10 minuten stillezen
  • Terugblik: spellingsregels
  • Aan de slag!

  • Werkwoordspelling
  • Aan de slag!


timer
10:00
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Dinsdag 22  september - V1a
Vandaag
  • 10 minuten stillezen
  • Terugblik: spellingsregels
  • Aan de slag!

  • Werkwoordspelling
  • Aan de slag!


timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les heb je...
...alle spellingsregels toegepast bij Kraak de kluis. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze les ga je...
...alle spellingsregels toepassen bij het schrijven van een sprookje.

Slide 3 - Tekstslide

Aan de slag!
Schrijf een sprookje, in een nieuw Worddocument. Je beginzin is: "Er was eens een blauw konijn..."
Hoe zat het met personages? En de opbouw van een sprookje? En het taalgebruik? En de moraal?
Gebruik de volgende woorden:
  • Het verkleinwoord van radio, wc
  • De meervoudsvorm van cowboy, bacterie
  • De bezitsvorm van Frans, Amy
  • De samenstelling horloge + maker, maan + schijn
Let op: je moet in Word je spellingscontrole uit zetten.

Slide 4 - Tekstslide

Vorige les heb je...
...de regels voor werkwoordspelling in de tegenwoordige tijd geleerd.
...de regels voor werkwoordspelling in de verleden tijd geleerd.
...geleerd wat het verschil is tussen zwakke en sterke werkwoorden.

Slide 5 - Tekstslide

Deze les ga je...
...de regels voor de verleden tijd herhalen.
...leren hoe je het voltooid deelwoord kunt herkennen.
...leren hoe je het voltooid deelwoord moet schrijven.

Slide 6 - Tekstslide

Terugblik: de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd
ik-vorm (+ t)
infinitief (wij-vorm)

"lopen" als trucje invullen.

Ik loop - hij loopt
Ik word - hij wordt
Ik beantwoord - hij beantwoordt


Slide 7 - Tekstslide

0

Slide 8 - Video

Terugblik: de persoonsvorm in de verleden tijd
ik-vorm + te(n)
ik-vorm + de(n)

Gisteren rustte ik uit van een voetbaltraining. (ik-vorm + te)
Gisteren beantwoordde ik mijn mail. (ik-vorm + de)




Slide 9 - Tekstslide

De pizza (branden, tt) aan.

Slide 10 - Open vraag

Mijn broertje (gamen, tt) een uur per dag.

Slide 11 - Open vraag

Het nieuwtje (verspreiden, vt) zich snel door de school.

Slide 12 - Open vraag

Ik (beven, vt) van angst in de achtbaan.

Slide 13 - Open vraag

Hoe kun je zien of een
werkwoord een
voltooid deelwoord is?

Slide 14 - Woordweb

Het voltooid deelwoord
Een voltooid deelwoord staat altijd samen in de zin met een vorm van hebben, zijn of worden (de persoonsvorm).

Het gebeurt vandaag.   (gebeurt = persoonsvorm)
Het is vandaag gebeurd. (gebeurd = voltooid deelwoord)

Ik beantwoord de mail.    (beantwoord = persoonsvorm)
Ik heb de mail beantwoord.   (beantwoord = voltooid deelwoord)

Ik vertel een verhaal.   (vertel = persoonsvorm)
Ik heb een verhaal verteld.    (verteld = voltooid deelwoord)

Slide 15 - Tekstslide

Het voltooid deelwoord
Een voltooid deelwoord staat altijd samen in de zin met een vorm van hebben, zijn of worden (de persoonsvorm).

Hoe weet je of het voltooid deelwoord op een -d of een -t eindigt?
  1. Maak het woord langer in de vertelden tijd
  2. Gebruikt 'T eX KoFSCHiP

De plannen zijn gewijzig...   1. Gisteren wijzigde ik de plannen   2. stam = wijziG  ---> gewijzigD       
Zijn nummer is geblok...       1. Gisteren blokte ik zijn nummer     2. stam - blokK    ----> geblokT

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Ga naar Learnbeat en log in
  • Ga naar Blok 2, 2.3 Spelling, C Voltooid deelwoord
  • Maak vraag 1, 2, 3, 4, 8, 9

  • Ga naar Blok 3, 3.3 Spelling, A. Weet je het nog?
  • Maak vraag 2, 3, 4, 5
  • Klaar?  Verder lezen in je boek

Slide 17 - Tekstslide

Einde van deze les

Slide 18 - Tekstslide