Commercieel 1 H2 2.4. en 2.5.

Paragraaf 2.4 vragen
Maken: 18 t/m 22
timer
10:00
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
commercieel 1MBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Paragraaf 2.4 vragen
Maken: 18 t/m 22
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Antwoord vraag 18

Slide 2 - Woordweb

Antwoord vraag 19

Slide 3 - Woordweb

Antwoord vraag 20

Slide 4 - Woordweb

Antwoord vraag 21

Slide 5 - Woordweb

Antwoord vraag 22

Slide 6 - Woordweb

Slide 7 - Tekstslide

Een inkoopcombinatie is een bundeling van min of meer gelijksoortige ondernemers die gezamenlijk producten en diensten inkopen. Door het grotere volume kunnen ze lagere inkoopprijzen bedingen en zo fors besparen op de inkoopkosten.

Slide 8 - Tekstslide

Bij het vrijwillig filiaalbedrijf sluit een aantal zelfstandige detaillisten zich aan bij een grote organisatie, bijvoorbeeld Spar. 

Slide 9 - Tekstslide

Franchise is een samenwerking tussen twee ondernemers: de franchisegever en de franchisenemer. De franchisegever heeft een succesconcept of succesformule ontwikkeld en geeft de franchisenemers de mogelijkheid om dat concept in een bepaald gebied te exploiteren.

Slide 10 - Tekstslide

Service merchandising
Functionaris in dienst/opdracht van een producent of distribuant/groothandel die, naast een groothandelstaak (het leveren van producten), ook detailhandelstaken vervult. Hij adviseert de betreffende detailhandel over de prijs- en assortimentssamenstelling, de schappresentatie, vult de voorraad in de winkel aan en verzorgt het schap. 

Slide 11 - Tekstslide

Consignatie is de verkoop van artikelen op risico van de leverancier. ... Wanneer u goederen in consignatie levert, blijven de goederen uw eigendom. Als de goederen verkocht worden, ontvangt u uw geld en de verkopende partij krijgt een percentage voor hun verkoopinspanningen.

Slide 12 - Tekstslide

Een shop-in-shop is letterlijk een winkel in een andere winkel. Winkels met een groot winkel oppervlak, zoals de Jumbo, genereren extra omzet door relatief kleine oppervlaktes in de winkel te verhuren aan een andere winkel. Vaak een gespecialiseerde afdeling (bijv La Place)

Slide 13 - Tekstslide

Men spreekt van een concessionair wanneer een ondernemer zijn producten in een bedrijf van een andere ondernemer verkoopt. De concessionair huurt een deel van dit bedrijfspand. Voorbeelden zijn een slager, bakker, kaasspecialist, enzovoort in een supermarkt.

Slide 14 - Tekstslide

Dealer: Een detailhandelaar of fabrikant die gemachtigd is om rechtstreeks aan de consument te verkopen en om een ​​erkende verkoper te worden, moet u worden aangewezen door de fabrikant of distributeur.

Slide 15 - Tekstslide

Maken 25, 26, 28, 30, 31,

Slide 16 - Tekstslide

vraag 25

Slide 17 - Woordweb

Vraag 26

Slide 18 - Woordweb

vraag 28

Slide 19 - Woordweb

vraag 30

Slide 20 - Woordweb

vraag 31

Slide 21 - Woordweb