Statistiek SE5.2

Kerststatistiekquiz 
Houd pen, papier en rekenmachine bij de hand
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Kerststatistiekquiz 
Houd pen, papier en rekenmachine bij de hand

Slide 1 - Tekstslide

De variabele
'streepjescode' is
A
nominaal
B
ordinaal
C
discreet
D
continu

Slide 2 - Quizvraag

Noem de drie centrummaten

Slide 3 - Open vraag

Kwalitatief
Kwantitatief
bankrekeningnummer
Godsdienst
Beroep
Snelheid
Schoenmaat
Gewicht

Slide 4 - Sleepvraag

Welk percentage van
de normale verdeling
is rood gekleurd?
A
68%
B
27%
C
33%
D
13,5%

Slide 5 - Quizvraag

En welk percentage
is grijs gekleurd?
A
68%
B
81,5%
C
95%
D
Dat kun je niet uitrekenen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is waar?
1 Het gemiddelde is gevoelig voor uitschieters
2 De mediaan is ongevoelig voor uitschieters
A
1 waar, 2 waar
B
1 niet waar, 2 waar
C
1 waar, 2 niet waar
D
1 niet waar, 2 niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Welke spreidingsmaat geeft een goede indruk van de spreiding rond het gemiddelde?
A
Interkwartielafstand
B
Spreidingsbreedte
C
Standaardafwijking
D
Modus

Slide 8 - Quizvraag

Welke maat is geen spreidingsmaat?
A
Interkwartielafstand
B
Spreidingsbreedte
C
Standaardafwijking
D
Modus

Slide 9 - Quizvraag

Wat weet je over
maxVcp?

Slide 10 - Woordweb

Een verdeling is normaal als ...
A
de verdelingskromme symmetrisch is
B
als modus, mediaan en gemiddelde samenvallen
C
de vuistregels voor de normale verdeling gelden
D
A,B en C gelden

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de breedte van het 95% betrouwbaarheidsinterval
A
0,01
B
0,02
C
0,04
D
0,08

Slide 12 - Quizvraag

Welke stelling is waar?
1 De variabel 'aantal rotte appels' is continu.
2 De variabele 'kledingmaat (XS, XXL)' is nominaal.
A
1 waar, 2 waar
B
1 niet waar, 2 waar
C
1 waar, 2 niet waar
D
1 niet waar, 2 niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Welke vergelijking hoort hierbij?
A
4n0,6(10,6)=0,06
B
4n0,6(10,6)=3
C
2n0,6(10,6)=0,06
D
geen idee

Slide 14 - Quizvraag

Wat is waar?

P: [112, 120] en Q: 116 ± 2 x 2
A
P is het meest nauwkeurig
B
Q is het meest nauwkeurig
C
P en Q zijn even nauwkeurig
D
geen idee

Slide 15 - Quizvraag

Teken het boxplot dat
hoort bij een
links-scheve verdeling

Slide 16 - Open vraag

Om de grootte van
het verschil te
bepalen gebruik je ...
A
phi
B
boxplot
C
effectgrootte
D
maxvcp

Slide 17 - Quizvraag

Om de grootte van
het verschil te
bepalen gebruik je ...
A
phi
B
boxplot
C
effectgrootte
D
maxvcp

Slide 18 - Quizvraag

Dit diagram is een...
A
relatieve frequentiepolygoon
B
cumulatief frequentiepolygoon
C
frequentiepolygoon
D
histogram

Slide 19 - Quizvraag

Heb je goed gescoord bij deze quiz?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

Zie je het SE met vertrouwen tegemoet?
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Fijne vakantie toegewenst
en een goed en succesvol 2022

Slide 22 - Tekstslide