Les 3 van 6 H2 Taalverzorging - pv in samengestelde zinnen

Welkom
timer
5:00
Socialiseren
Telefoon in de koffer, jas aan de kapstok.
Op tafel: Leesboek, schrift, pen, laptop (dicht)
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom
timer
5:00
Socialiseren
Telefoon in de koffer, jas aan de kapstok.
Op tafel: Leesboek, schrift, pen, laptop (dicht)

Slide 1 - Tekstslide

Jullie maken de woordzoeker die op jullie tafels ligt.
timer
8:00

Slide 2 - Tekstslide

Uitleg + doel
DOEL: Je kunt de pv en de onderwerpen vinden in een samengestelde zin.

We gaan verder met samengestelde zinnen. 
Wat is een samengestelde zin? 

Slide 3 - Tekstslide

Uitleg samengestelde zin
In elke zin staat een persoonsvorm. Wanneer er in een zin 1 of meer persoonsvormen staan, is het een samengestelde zin/
Van twee korte zinnen, kan je met behulp van een voegwoord, een langere (samengestelde) zin maken
Voegwoorden zoals: maar, omdat of want

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg samengestelde zin
PV en O vinden in een samengestelde zin:
Zet de zin in een andere tijd.
Stel bij de pv de vraag: wie/wat + pv? Het antwoord is het onderwerp. Bijvoorbeeld:
John bewaart alle leuke mails, zodat hij die later nog kan lezen.
Wie bewaart? --> John
Wie kan? --> hij 

Slide 5 - Tekstslide

Veel jongeren gebruiken Facebook niet meer omdat hun ouders ook een account hebben.
Is dit een samengestelde zin?
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quizvraag

Veel jongeren gebruiken Facebook niet meer omdat hun ouders ook een account hebben.
Waar moet de komma?
A
achter 'omdat'
B
voor 'ook'
C
achter 'veel jongeren'
D
voor 'omdat'

Slide 7 - Quizvraag

Maak een samengestelde zin met de volgende woorden.
agenda - huiswerk - scholieren - schrijven - vroeger - (maar) - noteren - mobiel - tegenwoordig
gebruik alle woorden, ook het voegwoord dat tussen haakjes staat
werkwoorden mag je aanpassen
voeg als dat nodig is, woorden toe.

Slide 8 - Open vraag

Vroeger schreven scholieren hun huiswerk in hun agenda, maar tegenwoordig noteren ze dat in de mobiel.
Wat zijn de persoonsvormen?
A
huiswerk en mobiel
B
schreven en ze
C
schreven en noteren
D
vroeger en noteren

Slide 9 - Quizvraag

Vroeger schreven scholieren hun huiswerk in hun agenda, maar tegenwoordig noteren ze dat in de mobiel.
Wat zijn de onderwerpen?
A
scholieren en mobiel
B
scholieren en ze
C
agenda en mobiel
D
hun en ze

Slide 10 - Quizvraag

ZW
Jullie gaan verder met de opdrachten van Hoofdstuk 2 - Taalverzorging / samengestelde zinnen en de persoonsvorm in samengestelde zinnen.
timer
20:00

Slide 11 - Tekstslide

Ik weet wat een samengestelde zin is en ik kan de pv en de o uit deze zin halen. Als ik nu een toets maak, scoor ik hoger dan een 7
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Poll