paragraaf 1.2 Jagers worden boeren

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Wat weet je eigenlijk
van landbouw?

Slide 5 - Woordweb

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen op welke manier mensen op een gegeven moment van de landbouw gingen leven.

Slide 6 - Tekstslide

Middelen van bestaan zijn
manieren om in leven te blijven.
Welke middelen van bestaan
hadden de eerste mensen?
A
Wilde dieren en verzamelen
B
Jagers en boeren
C
Jagen en verzamelen
D
Boeren en verzamelaars

Slide 7 - Quizvraag

Klimaatsverandering
  • Rond 10.000 v. Chr

  • De aarde wordt warmer

  • Nederland: moerassen en bossen

  • Delen van Afrika en Midden-Oosten: droger 

Slide 8 - Tekstslide

Noord-Afrika en
Midden-Oosten

  • Droog klimaat: minder begroeiing en water (ontstaan woestijnen)

  • Te weinig voedsel: dieren trekken weg naar vruchtbare gebieden

  • Mensen trekken ook weg of gaan andere middelen van bestaan zoeken om in leven te blijven

Slide 9 - Tekstslide

Vruchtbare Halvemaan
  • Gebied waar de eerste landbouw ontstaat (9000 v. Chr.)

  • Midden-Oosten: Egypte, Israël, Palestina, Jordanië, Libanon, Syrië, Irak, Iran en Turkije

  • 'De kraamkamer van de beschaving': ontstaan van steden en het schrift

Slide 10 - Tekstslide

Ok, landbouw...
Welke 'optelsom' is juist over landbouw?
A
akkerbouw + landbouw = veeteelt
B
landbouw + veeteelt = akkerbouw
C
veeteelt + akkerbouw = landbouw

Slide 11 - Quizvraag

Leg uit waarom de landbouw niet in de gebieden A en B (in de kaart) ontstond.

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Video

0

Slide 14 - Video

Landbouwrevolutie
  • Revolutie betekent verandering

  • Jager-verzamelaars worden boer

  • De landbouwrevolutie duurde meer dan 1000 jaar: niet iedereen werd tegelijk boer

  • Landbouw bestaat uit: akkerbouw en veeteelt

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Grote en belangrijke verandering

99% van de geschiedenis van de mens, heeft de mens geleefd als jager-verzamelaars

Slide 17 - Tekstslide

Welke middelen van bestaan
hadden de mensen vóór
de Landbouwrevolutie?
A
Jagen en verzamelen
B
Jagen, verzamelen, akkerbouw en veeteelt
C
Akkerbouw en veeteelt
D
Verzamelen, akkerbouw en veeteelt

Slide 18 - Quizvraag

Welke middelen van bestaan
hadden de mensen
tijdens de Landbouwrevolutie?
A
Jagen en verzamelen
B
Jagen, verzamelen, akkerbouw en veeteelt
C
Akkerbouw en veeteelt
D
Verzamelen, akkerbouw en veeteelt

Slide 19 - Quizvraag

Gevolgen van de landbouwrevolutie
  • Mensen stoppen te leven als nomaden

  • Het ontstaan van de eerste steden:
  • landbouwsamenleving

  • Mensen krijgen meer bezittingen

  • Er ontstaat meer ongelijkheid: de één heeft meer bezittingen dan een ander.

Slide 20 - Tekstslide

Stad in het Midden-Oosten, omstreeks 9000 v. Chr.

Slide 21 - Tekstslide

Door het verschil in bezittingen nam ook de kans op oorlog tussen stammen toe.

Slide 22 - Tekstslide

Boeren in Europa
  • Pas laat: het was niet nodig, er was voldoende voedsel te vinden.

  • Eerste boeren in Nederland: Zuid-Limburg rond 5300 v. Chr.

  • Tóch landbouw in Europa: mensen verhuizen uit gebieden waar gebrek aan landbouwgrond is en komen hier terecht

Slide 23 - Tekstslide

Boeren in Nederland
  • Zuid-Limburg: bandkeramiekers (tot 4400 v. Chr)

  • Noord-Nederland: trechterbekercultuur (rond 3500 v. Chr.)

  • Vanaf 3000 v. Chr. zijn er in Nederland geen jager-verzamelaars meer

Slide 24 - Tekstslide






Bandkeramiek

Slide 25 - Tekstslide






Trechterbekercultuur

Slide 26 - Tekstslide

Veel resten van de boerderijen uit de Steentijd hebben archeologen niet kunnen terugvinden. Toch zijn er aanwijzingen dát er huizen waren.

Hoe kun je dat in de afbeelding zien?
A
Je ziet nog duidelijk de muren die van aarde zijn gemaakt. De eerste woningen hadden zulke muren.
B
De rode stippen komen door de verf die in de Steentijd gebruikt is.
C
De donkere rondjes zijn de plekken waar eens de palen van de woning hebben gestaan.
D
De vloer is helemaal glad, net zoals wij dat tegenwoordig in ons huis hebben.

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Dood en begraven
  • Graven worden steeds uitgebreider: grafheuvels en hunebedden

  • Zowel begraven als cremeren: urnenvelden

  • Doden kregen bezittingen mee: vermoedelijk geloven in leven na de dood

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Hoe kan ik aan de afbeelding zien dat de hunebedden ná landbouwrevolutie zijn gemaakt?
A
De grote stenen kwamen hier pas tijdens de landbouwrevolutie.
B
Er woonden hier te weinig mensen om samen de hunebedden te maken.
C
Er wordt gebruik gemaakt van dieren.
D
Voor de landbouwrevolutie werden er geen mensen begraven

Slide 31 - Quizvraag

Bedenk nóg een reden
waarom de hunebedden pas
ná de landbouwrevolutie werden gemaakt.

Slide 32 - Open vraag

Huiswerk
Maken van paragraaf 1.2 de opdrachten 1 t/m 9 (niet 5!)

Slide 33 - Tekstslide