H2.2 Begrijpen

2.2 Begrijpen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

2.2 Begrijpen

Slide 1 - Tekstslide

leerdoel
ik kan aangeven wat het verschil is tussen gelijkspanning en wisselspanning
ik kan aangeven hoe een batterij werkt
ik kan aangeven hoe een dynamo werkt
ik kan aangeven wat een generator is 
ik kan aangeven wat een adapter is

Slide 2 - Tekstslide

Spoorboekje
herhaling vorige les
uitleg deze les
maken opgaven blz 59
evaluatie 

Slide 3 - Tekstslide

vorige les
  • Waarvoor kan je elektriciteit gebruiken?
  • licht
  • geluid
  • beweging
  • warmte  

Slide 4 - Tekstslide

  • je kan ook beweging omzetten naar elektriciteit met een
  • knijpkat
  • dynamo
  • schudlamp
  • windmolen

Slide 5 - Tekstslide

spanningsbron
  • een spanningsbron is een apparaat dat elektrische deeltjes in beweging brengt
  • voorbeelden: batterij; accu; zonnecel; dynamo
  • spanning geeft aan hoe hard de deeltjes geduwd worden
  • dit wordt aangegeven met de eenheid Volt

Slide 6 - Tekstslide

batterij

Slide 7 - Tekstslide

gelijkspanning
  • de elektronen gaan bij een batterij van de pluspool naar de minpool
  • dit gaat maar 1 richting op
  • dit noemen we gelijkstroom
  • een batterij levert dus gelijkspanning

Slide 8 - Tekstslide

Batterij
  • spanning in een batterij komt door een chemische reactie.
  • hiermee wordt bedoeld dat stoffen worden omgezet in andere stoffen.
  • dit is scheikunde
  • bij aansluiten apparaat loopt er een elektrische stroom
  • een accu bestaat uit grote oplaadbare batterijen

Slide 9 - Tekstslide

eenheid van spanning
  • eenheid van spanning is Volt
  • afkorting is V
  • batterij levert ongeveer 1,5 V
  • stopcontact levert 230 V

Slide 10 - Tekstslide

wisselspanning
  • dit komt uit het stopcontact
  • de pluspool en de minpool wisselen razendsnel
  • de stroom wisselt steeds van richting
  • apparaten voor wisselspanning gaan kapot als er gelijkstroom opgezet wordt
  • apparaten voor gelijkspanning werken niet op wisselspanning

Slide 11 - Tekstslide

Dynamo
  • dynamo bestaat ui een as, magneten en spoelen
  • tijdens draaien van de as komen de spoelen langs de magneten
  • in de spoelen ontstaat wisselspanning
  • als je harder draait komt er een grotere spanning
  • dus meer elektriciteit
  • => een lampje gaat bijvoorbeeld harder branden 

Slide 12 - Tekstslide

  • in een elektriciteitscentrale staat een grote dynamo
  • dit wordt een generator genoemd
  • dit levert dus altijd wisselspanning

Slide 13 - Tekstslide

adapter
  • adapter zet 230 V om naar de spanning voor het apparaat.
  • adapter zet wisselspanning om in gelijkspanning
  • voorbeeld van een adapter:
  • oplader van je telefoon en je laptop

Slide 14 - Tekstslide

samenvatting
  • batterij: vaste + en - pool  = gelijkspanning
  • spanning in batterijen komt door chemische reacties
  • bij gelijkspanning gaat de stroom altijd dezelfde richting op
  • bij wisselspanning verandert de stroomrichting steeds
  • een dynamo produceert elektriciteit doordat spoelen langs magneten draaien

Slide 15 - Tekstslide

samenvatting
  • een spanningsbron is een apparaat dat elektrische deeltjes in beweging brengt 
  • voorbeelden: batterij; accu; zonnecel; dynamo 
  • spanning geeft aan hoe hard de deeltjes geduwd worden
  • eenheid van spanning is Volt (V)

Slide 16 - Tekstslide

opdracht

wat: lees bladzijde 58
          maak opgave 18 t/m 25 op blz 59
hoe: zelfstandig en fluisteren
hulp: boek en docent
uitkomst: je kan de leerdoelen beantwoorden
klaar: lees blz 60 en 61

Slide 17 - Tekstslide

evaluatie
Wat is het verschil tussen gelijkspanning en wisselspanning?
Hoe werkt een batterij?
Hoe werkt een dynamo?
Wat is een generator?

Slide 18 - Tekstslide