2 kgt 4.6 Schrijven

2 kgt 4.6 Schrijven
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

2 kgt 4.6 Schrijven

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
  • Je weet wat een zakelijk brief of e-mail is.
  • Je kan  een zakelijke brief of e-mail schrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling
In de volgende quizvragen fris je even je kennis op over een zakelijke brief of e-mail.

Slide 3 - Tekstslide

Welk woord hoort op de puntjes?
Begin met een ... en eindig die met een komma.
A
aanhef
B
afsluiting
C
witregel
D
inleiding

Slide 4 - Quizvraag

Welk woord hoort op de puntjes?
Vermeld in de ... waarom je de brief of e-mail schrijft.
A
aanhef
B
afsluiting
C
kern
D
inleiding

Slide 5 - Quizvraag

Welk woord hoort op de puntjes?
In de ... geef je de informatie die nodig is of leg je uit wat je precies wilt weten.
A
inleiding
B
kern
C
slot
D
afsluiting

Slide 6 - Quizvraag

Welk woord hoort op de puntjes?
Schrijf in het ... wat je van de lezer verwacht.
A
inleiding
B
kern
C
slot
D
afsluiting

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord hoort op de puntjes?
In de ... groet je de lezer en schrijf je je naam.
A
aanhef
B
inleiding
C
kern
D
afsluiting

Slide 8 - Quizvraag

Welk woord hoort op de puntjes?
Plaats een ... na elk onderdeel.
A
aanhef
B
witregel
C
slot
D
afsluiting

Slide 9 - Quizvraag

Hoe ziet zo'n 
e-mail er ook alweer uit?
 
 - Begin nooit met 'Ik' in de inleiding
 - Inleiding, kern en slot
 - Maak alinea's (witregels)
 - Blijf altijd netjes en beleefd
 - aanhef en afsluiting

Slide 10 - Tekstslide


Bekijk de tekst in links op je scherm. Klik op de tekst om te vergroten of je pakt bladzijde 159 van je boek erbij.

Wie heeft deze tekst geschreven?
A
Vóór Natuur
B
Amira Koc
C
Bastiaan Grondman

Slide 11 - Quizvraag


Bekijk de tekst in links op je scherm. Klik op de tekst om te vergroten of je pakt bladzijde 159 van je boek erbij.
Aan wie is de brief geschreven?
A
Vóór Natuur
B
Amira Koc
C
Bastiaan Grondman

Slide 12 - Quizvraag


Bekijk de tekst in links op je scherm. Klik op de tekst om te vergroten of je pakt bladzijde 159 van je boek erbij.
Wat is het onderwerp van deze brief?
A
een speciaal welkomstgeschenk
B
korting krijgen
C
natuurbescherming
D
nieuw lidmaatschap

Slide 13 - Quizvraag


Bekijk de tekst in links op je scherm. Klik op de tekst om te vergroten of je pakt bladzijde 159 van je boek erbij.
Wat is het doel van deze brief?
A
informatie geven
B
informatie vragen
C
instructie geven
D
nieuw lidmaatschap

Slide 14 - Quizvraag

Leertekst: 
Een zakelijke brief of e-mail heeft een vaste indeling
1 Inleiding: vermeld waarom je de brief of e-mail schrijft. Het zijn de
aanleiding en het doel van je brief of e-mail.

Voorbeelden:
Wij hebben uw e-mail ontvangen en geven u graag meer
informatie.
Hierbij stuur ik u een aanmeldingsformulier. Dit ontvang ik graag
volledig ingevuld terug.

Slide 15 - Tekstslide

Leertekst:
Een zakelijke brief of e-mail heeft een vaste indeling
2 Kern: geef de informatie die nodig is of leg uit wat je precies wilt
weten.
Hiervoor kun je de 5W1H-vragen gebruiken.
De kern kan meer alinea’s hebben: maak voor elk deelonderwerp één
alinea.

Slide 16 - Tekstslide

Leertekst:
Een zakelijke brief of e-mail heeft een vaste indeling
3 Slot: herhaal kort wat je van de lezer verwacht. Je kunt ook
bedanken voor de moeite of de aandacht.

Voorbeelden:
• Ik zou de informatie graag binnen twee weken ontvangen. Alvast
bedankt voor de moeite.
• Wij gaan ervan uit dat u zo genoeg informatie hebt. Als u nog
vragen hebt, dan kunt u ons bellen.

Slide 17 - Tekstslide

Vragen over de leertekst
Welke delen staan in een zakelijke brief of e-mail?
A
inleiding en kern
B
kern en slot
C
inleiding, kern en slot
D
inleiding en slot

Slide 18 - Quizvraag

Vragen over de leertekst
In welk deel schrijf je de meeste informatie?
A
in alle delen
B
inleiding
C
kern
D
slot

Slide 19 - Quizvraag

Vragen over de leertekst
In welk deel noteer je wat de lezer moet doen?
A
in alle delen
B
inleiding
C
kern
D
slot

Slide 20 - Quizvraag

Vragen over de leertekst
Wat schrijf je altijd in de inleiding van een zakelijke brief of e-mail?
A
je naam
B
wat de aanleiding of het doel van de brief/e-mail is
C
hallo
D
wat je verwacht van de lezer

Slide 21 - Quizvraag

Weet je het nog?
Als je een berichtje stuurt aan een vriend(in) of je ouders, gebruik je informele taal. Je gebruikt je en jij en je schrijft vaak zoals je spreekt.

In zakelijke e-mails is dat anders, dan gebruik je officiële taal, formeel taalgebruik.  Je spreekt de ander met u aan, gebruikt nette woorden en je schrijft in hele zinnen.

De volgende vraag is een sleepvraag waarbij jij moet aangeven of het zinnetje fomeel of informeel taalgebruik is.

Slide 22 - Tekstslide

formeel
informeel
Geachte heer
Wat ik nog effe wil zeggen is….
Laat je even wat van je horen?
Met mij is alles prima.
Ik hoop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.

Slide 23 - Sleepvraag

Schrijf een inleiding. Klik op het gele pennetje om de opdracht te lezen.
Stel, jij hebt de welkomstbrief van NBN (tekst uit vraag 10 t/m 13) gekregen. Na vijf weken heb je het welkomstcadeau nog steeds niet ontvangen. Daarom stuur je een brief terug. Schrijf de inleiding in drie zinnen. 
Vermeld:
- dat je een brief hebt gekregen van NBN en wanneer dat was;
- dat je het welkomstcadeau nog niet ontvangen hebt.

Slide 24 - Open vraag

Schrijf een slot. Klik op het gele pennetje om de opdracht te lezen.
Stel, jij hebt de kern van je brief naar NBN al geschreven. Nu schrijf je het slot. Schrijf het slot van je brief in drie zinnen
Vermeld:
- dat je het welkomstcadeau graag nog wilt ontvangen;
- dat je hoopt dat zij dit snel zullen opsturen.

Slide 25 - Open vraag

Check!
Nog een paar vraagjes om te controleren of alles hebt begrepen.

Slide 26 - Tekstslide

Wat is de juiste volgorde van de inhoud van een zakelijke e-mail?

1. Wat je van de ander verwacht.
2. Je noemt en begroet de persoon naar wie je mailt.
3. Duidelijke vraag stellen.
4. Waarom je de e-mail schrijft.

A
2,4,3,1
B
1,2,3,4
C
4,1,2,3
D
3,4,2,1

Slide 27 - Quizvraag

Zet de opbouw van een zakelijke brief of e-mail in de goede volgorde:
A
kern - aanhef - inleiding -slot -afsluiting
B
inleiding - aanhef - kern - afsluiting - slot
C
aanhef - inleiding - kern - slot - afsluiting
D
aanhef - inleiding -kern - afsluiting - slot

Slide 28 - Quizvraag

Een zakelijke brief of e-mail sluit je af met...
A
Een beleefde groet en je naam.
B
Wat je van de lezer wil.
C
Wat je van de lezer wil en je naam.
D
Een nette groet.

Slide 29 - Quizvraag

Voor een zakelijke e-mail gebruik ik...
A
informeel taalgebruik
B
formeel taalgebruik

Slide 30 - Quizvraag

De opbouw van een zakelijke e-mail heet...
A
begin, midden, einde
B
inleiding, kern, slot
C
inleiding, midden, slot
D
inleiding, kern, einde

Slide 31 - Quizvraag

Wat is een goede afsluiting voor een zakelijke brief?
A
Groetjes
B
Liefs
C
Met vriendelijke groet
D
Hoogachtend

Slide 32 - Quizvraag

Schrijf een formele zin waarin je vraagt of iemand snel een reactie wil sturen.

Slide 33 - Open vraag

Ging het goed?
A
ja
B
nee
C
een beetje

Slide 34 - Quizvraag

Dat was het weer voor deze week. Volgende week starten we met hoofdstuk 5 (ook weer via LessonUp). Alvast een fijn weekend!

Slide 35 - Tekstslide