2.3 aan t werk

Wie van jullie heeft een bijbaan? 
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wie van jullie heeft een bijbaan? 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Spelregels
  • 10 seconde om te overleggen met je groepje 
  • Hou blad met antwoord omhoog 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Wat betekent de afkorting CAO?
A. Creatieve Arbeiders Overwinnen.
B. Collectieve Arbeidsovereenstemming.
C. Collectieve Arbeidsovereenkomst.

Slide 5 - Tekstslide

Als de onderhandelingen klaar zijn wat moet er dan nog gebeuren? 
A. Meer loon, hogere eindejaarsuitkering, betere opleiding.
B. Meer loon, hogere eindejaarsuitkering, uitbetaling bij ziekte.
C. Betere schoonmaakmiddelen, betere opleiding en korter werken.

Slide 6 - Tekstslide

In het filmpje worden meerdere zaken genoemd die de vakbond namens de schoonmakers heeft bereikt. Welke worden er genoemd?
A. De regering moet de cao nog goedkeuren.
B. Alle directeuren van de schoonmaakbedrijven moeten de cao nog goedkeuren.
C. De leden van de vakbond die werkzaam zijn in de sector die onder de cao valt, en de achterban van de werkgeversorganisatie moeten er nog over stemmen.

Slide 7 - Tekstslide

Elke CAO heeft een looptijd. Meestal wordt voordat de looptijd voorbij is, begonnen met de nieuwe onderhandelingen. Wat denk je dat er gebeurt als de onderhandelingen mislukken en de looptijd voorbij is? 
Elke CAO heeft een looptijd. Meestal wordt voordat de looptijd voorbij is, begonnen met de nieuwe onderhandelingen. Wat denk je dat er gebeurt als de onderhandelingen mislukken en de looptijd voorbij is? 
A. Dan mogen alle werkgevers zelf afspraken maken met hun personeel over zaken die normaal in de cao staan.
B. Dan wordt de looptijd van de oude cao verlengd.
C. Dan bepaalt de rechter alsnog wie de onderhandelingen heeft gewonnen.

Slide 8 - Tekstslide

 We kennen in Nederland het begrip ''algemeen verbindend verklaren'' van een CAO. Wat denk je dat dit betekend? 
A. Dat betekent dat een cao die tussen de vakbonden en de werkgeversorganisatie is afgesloten, voor alle bedrijven in de bedrijfstak geldt.
B. Dat betekent dat iemand die bij bedrijf A een bepaalde cao heeft, die cao als het ware meeneemt als hij bij een ander bedrijf gaat werken.
C. Dat betekent dat een bedrijf altijd dezelfde cao moet hebben.

Slide 9 - Tekstslide

Wat zou een voordeel kunnen zijn voor werknemers van het algemeen verbindend verklaren van een CAO?
A. Je loon wordt veel hoger.
B. Een stabiele arbeidsmarkt door minder concurrentie op afspraken en rechten in de betreffende sector
C. Je kunt niet meer ontslagen worden.

Slide 10 - Tekstslide

Wat zou een voordeel kunnen zijn voor werkgevers van het algemeen verbindend verklaren van een CAO?
A. Zijn producten gaan hetzelfde kosten als die van de concurrent.
B. De arbeidsmarkt is stabiel, doordat er minder concurrentie.
C. Hij hoeft niet zelf te onderhandelen over arbeidsvoorwaarden.

Slide 11 - Tekstslide

Wat wordt niet in de CAO geregeld? 
A. Pensioen.
B. Wat er gebeurt als je hebt overgewerkt.
C. De hoogte van het minimumloon.

Slide 12 - Tekstslide

In de wet staat hoelang een CAO maximaal geldig mag zijn. Hoelang is dit? 
A. 1 jaar
B. 5 jaar
C. 10 jaar

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Wat zou de titel kunnen zijn van de afbeelding?
A. Wanhopige werkgevers trekken álles uit de kast, maar helpen die lokkertjes?
B. Nieuwe werknemers maken gebruik van het personeelstekort
C. Primaire arbeidsvoorwaarde worden steeds belangrijker

Slide 15 - Tekstslide

Waarom zou je als werkgever secundaire arbeidsvoorwaarden aanbieden? 
A. Zodat werknemers minder loon vragen 
B. Werkgevers bieden geen secundaire arbeidsvoorwaarde aan 
C. Een baan aantrekkelijker te maken 

Slide 16 - Tekstslide

Bonusvraag 

Slide 17 - Tekstslide