Er is geen gletsjer te zien, maar het dal heeft een U-vorm
Dit betekent dat er een gletsjer geweest is die dit dal gevormd heeft, maar die door warmere temperaturen nu niet meer bestaat.
Slide 8 - Tekstslide
Dal uitgesleten (erosie door gletsjer (U-dal))
Dal uitgesleten (erosie door rivier (V-dal))
In bergen is de stroomsnelheid van een rivier groot (door groot verhang). Hoge stroomsnelheid zorgt voor het transport van zware sedimenten (stenen, keien). Rivier beladen met puin heeft een schurende werking langs de oevers en de bodem
Slide 9 - Tekstslide
Hoe ontstaan deze meanders?
Slide 10 - Tekstslide
Hoefijzermeer
Sedimentatie
Lage stroomsnelheid
Erosie
Buitenbocht
Binnenbocht
Hoge stroomsnelheid
Slide 11 - Sleepvraag
3.7 De opbouw van het laagland
Alles over sedimentatie
H3 Endogene en exogene processen
Domein Aarde
V5
Slide 12 - Tekstslide
Lesdoel
Je kan de cyclus verwering - erosie - sedimentatie uitleggen en verklaren in welk deel van de rivierloop wat voorkomt.
Je kunt de ontstaanswijze van sedimentgesteenten bepalen aan de hand van de kenmerken van het gesteente.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Op de afbeelding is sprake van ...
A
Horizontale erosie
B
Verticale erosie
Slide 16 - Quizvraag
Op de afbeelding is sprake van ...
A
Horizontale erosie
B
Verticale erosie
Slide 17 - Quizvraag
Deel
Proces
Benedenloop
Middenloop
Bovenloop
Sedimentatie
Erosie
Verwering
Slide 18 - Sleepvraag
Benedenloop
Middenloop
Bovenloop
Zwitserland
Duitsland
Nederland
Slide 19 - Sleepvraag
Fasen van erosie en sedimentatie
Slide 20 - Tekstslide
Leg uit waarom verschillende soorten sediment uitgesorteerd worden door de rivier naar gelang in welke loop deze zich bevindt. Gebruik het woord verhang en stroomsnelheid in je antwoord.
Slide 21 - Open vraag
Sedimentatie - Overstromingsvlakte
Benedenloop: vlak -> rivier gaat langzamer stromen
-> Sedimenten worden afgezet/bezinken
In rivierbedding: grind
Oever: zand
Achter de oever: klei
-> ontstaan waterpaslandschap
Slide 22 - Tekstslide
Sediment
Geërodeerd materiaal:
- Grind
- Zand
- Klei
Slide 23 - Tekstslide
grind
klei
zand
Conglomeraat
schalie
zandsteen
schelpen + kalk- skelletjes
kalksteen
Slide 24 - Sleepvraag
Einde rivier
Delta of Estuarium
Slide 25 - Tekstslide
Delta
Estuarium
Slide 26 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen een delta en een estuarium?
Slide 27 - Open vraag
Delta:
stroomsnelheid rivier stopt (door zee)
Al het sediment zakt naar de bodem
door ophoping ontstaat nieuw land
Estuarium:
Hoge stroomsnelheid langs kust, sediment wordt meegenomen
of
bij vloed dringt zeewater de rivier in
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Sedimentatie
Overstromingsvlakten zakken weg/in elkaar
Dus sedimentatie blijft.
Sedimenten worden in elkaar gedrukt: sedimentgesteenten
Slide 30 - Tekstslide
Sedimentgesteente
Grind -> conglomeraat
Zand -> zandsteen
Klei -> schalie -> leisteen
kalkskeletjes/schelpen -> kalksteen
Gelaagd
Fossielen
Slide 31 - Tekstslide
sediment wordt uiteindelijk sedimentgesteente
zand wordt ZANDSTEEN
Slide 32 - Tekstslide
Sedimentgesteente
Ontstaan uit los sediment wat samengeperst wordt
Bijv. zandsteen
Slide 33 - Tekstslide
Kenmerk sedimentgesteente
Laagjes & kunt fossielen tegenkomen
Slide 34 - Tekstslide
Fossielen in sedimentgesteente
Slide 35 - Tekstslide
Wat is de juist volgorde?
A
sedimentatie - verwering - erosie
B
verwering - erosie - sedimentatie
C
erosie - verwering - sedimentatie
D
erosie - sedimentatie - verwering
Slide 36 - Quizvraag
Welke sedimenten zijn het grootste?
A
Grind
B
Zand
C
Klei
D
Ze zijn allemaal even groot
Slide 37 - Quizvraag
Welke sedimenten blijven achter in de delta?
A
Grind
B
Zand
C
Klei
D
Allemaal
Slide 38 - Quizvraag
Lesdoel
Je kan de cyclus verwering - erosie - sedimentatie uitleggen en verklaren in welk deel van de rivierloop wat voorkomt.
Je kunt de ontstaanswijze van sedimentgesteenten bepalen aan de hand van de kenmerken van het gesteente.