Kapitel 3 week 48 tijdens de 2e les gebruiken( online 5.)

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Ziel: Ich kenne die Modalverben (o.v.t.)

Ich kenne die Wörter (Kapitel 3)

müssen

können

dürfen

wissen

wollen

mögen

Was werden wir machen?

Overhoren woordjes ND

Herhalen werkwoorden verleden tijd

Quiz

Opdrachten in je boek maken

                                  Überhören Lernliste

Was brauchst du?

• Ein Heft/ Papier
• einen Kugelschreiber

Übersetze ins Deutsche:

die Antworten: War alles gut?

geradeaus

die Rückfahrkarte

das Schiff

einsteigen

zeigen

nah

Hoe maak je de verleden tijd?

Hoe maak je de verleden tijd van een werkwoord?

Nu volgt een overzicht van de verleden tijd

1. Zwakke werkwoorden
2. Modale werkwoorden

OneNote: Kapitel 3 - Erklärung

Wat verdwijnt er bij de modale werkwoorden in de verleden tijd?

Ergänze im Präteritum (o.v.t.):
können:
Der Busfahrer ....... nicht rechts abbiegen.

1. konnte
2. könnte
3. konnten
4. kann

Ergänze im Präteritum (o.v.t.):
wollen:
Du ....... doch morgen nach Köln fahren?

1. wollte
2. wolltest
3. wölltest
4. willst

Übersetze ins Präteritum (o.v.t.):
wissen:
........ ihr das noch nicht?!

1. Wisstet
2. Wussten
3. Wolltet
4. Wusstet

Ergänze im Präteritum (o.v.t)
müssen:
Max ..... in die Schule.

1. musste
2. müsste
3. musstest
4. muss

Ergänze im Präteritum (o.v.t.)
dürfen:
In der U-Bahn ..... Nicole ihr Fahrrad mitnehmen.

1. dürfte
2. darf
3. durftest
4. durfte

Ergänze im Präteritum (o.v.t.):
können:
Elsa ....... keine Rückfahrtkarte kaufen.

1. konnte
2. könnte
3. konnten
4. kann

Ergänze im Präteritum (vt)
dürfen:
Eline ..... vorige Woche alleine fliegen.

1. dürfte
2. durfte
3. darf
4. durfest

Welk antwoord is op jou van toepassing?

1. Ik snap het nog niet (en heb nog uitleg nodig)
2. Ik begin het te snappen (en moet vooral veel gaan oefenen)
3. Ik snap het (en kan alleen aan de slag)
4. Ik snap het (en kan het anderen uitleggen

Maak nu in Neue Kontakte (in je boek) 

             

Machen S. 106+ Grammatik 18 19- 23 24-27 

Dit gaan we zometeen nakijken

Check: zijn de leerdoelen behaald?

Kan je nu...

- vertellen wat de vertaling van de 7 modale werkwoorden is?

- de verleden tijdsvormen maken ?

- de 7 modale werkwoorden in het Duits vervoegen (vt)?

Laatste slide

Hausaufgaben Woche 4: Bist du fertig? Kapitel 3

Woche 4 Schreiben 44-46 Lesen 47 -49 Zum Schluss

Woche 1 Sehen 12 Hören 11-13 Wortschatz 3-10

Woche 2 Lesen 14-17 Grammatik 18-27 Sprechen 29 30

Woche 3 Sprechen 28 31 33-37 Schreiben 41-43

Lernen: wiederholen S. 128 - 131