Visie

Visie
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 3,4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Visie

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Wat is jouw visie?

Slide 3 - Open vraag

Stichting Eykenburg zet vol in op het levensplezier en het welzijn van ouderen en chronisch zieken die in hun kwetsbare, meestal laatste levensfase bij ons wonen of door ons verzorgd  
worden. 
Zo nemen we geen genoegen met een ‘tevreden’ cliënt maar willen hen voor de tijd die nog rest een zo prettig mogelijk leven bieden. We doen dan ook alles wat in ons vermogen ligt om de cliënten die bij ons wonen of tijdelijk verblijven het goed naar de zin te maken. 
We benaderen de cliënt persoonsgericht en we luisteren en handelen naar diens wensen en behoeften.

Slide 4 - Tekstslide

eten en drinken

Slide 5 - Tekstslide

"Onze cliënten en onze medewerkers beleven elke dag als waardevol en betekenisvol”

Onze cliënten eten wat ze willen, waar ze willen, wanneer ze willen en hoe ze willen.
Elke dag weer!


Onze cliënten eten WAT ze willen.
Onze cliënten eten WAAR ze willen. 
Onze cliënten eten WANNEER ze willen. 
Onze cliënten eten HOE ze willen.

Slide 6 - Tekstslide

Zelfmanagement
Wat weten jullie over zelfmanagement?

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Tekstslide

Ken je cliënt
Wat doet de cliënt graag?

Hoe gedraagt cliënt zich?

Wat vindt de cliënt lastig?

Tegen welke problemen loopt de cliënt aan?

Slide 10 - Tekstslide

Ken je cliënt
Wat vindt de cliënt belangrijk?

Hoe ziet de omgeving van de cliënt eruit?
Wat vindt de cliënt daarvan?

Welke invloeden zijn van invloed op het gedrag van de 
cliënt en de problemen die de cliënt ervaart?

Slide 11 - Tekstslide

Op welke manier kunnen wij de cliënt leren kennen?

Slide 12 - Open vraag

Tip 1; Heb oog voor het levensverhaal van de cliënt en de zorgverlener.
Tip 2; Verdiep je in de geschiedenis van een cliënt.
Tip 3; Zoek verbinding met de oude rollen van de cliënt.
Tip 4; Betrek andere disciplines bij de cliënt.
Tip 5; Blijf positief.
Tip 6; Deel je kennis met je team.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

• Je ziet dat je collega zijn wenkbrauwen fronst en je denkt dat hij jou niet begrijpt (terwijl je
collega voelt dat er wat bij zijn ogen kriebelt en daarom zijn wenkbrauwen beweegt).
• Je hoort de nieuwe cliënt flink hoesten en je denkt ‘Ze mag wel eens stoppen met roken’ (terwijl
de nieuwe cliënt een astma-aanval heeft en daarom zo heftig hoest). 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Spiegelen
Sponzen

Slide 19 - Tekstslide

De verschillen.
‘Sponzen’ en ‘spiegelen’ zijn twee verschillende manieren om met iemand met probleem gedrag om te gaan. 
Het zijn gedragspatronen die elkaar aanvullen. 
Kort gezegd neem je als je sponst veel verantwoordelijkheden van de ander over en als je spiegelt juist niet. Beide vormen van gedrag hebben voor- en nadelen. 

Slide 20 - Tekstslide

Sponzen
Als je sponst, wil je vooral graag voor de ander zorgen, hem helpen en voorkomen dat de ander in de problemen raakt (‘redden’). Het belang van de ander staat voorop. Ook als dat ingaat tegen je eigen belang. Sponzen wordt gevoed door emoties als liefde, medelijden, angst en schuldgevoel.

Slide 21 - Tekstslide

Spiegelen
Als je spiegelt, ben je eerder geneigd om tegen de ander te zeggen dat hij de problemen die hij veroorzaakt, zelf moet oplossen. Je laat de verantwoordelijkheid bij de ander. Dat betekent niet dat mensen die spiegelen zeggen: ‘je redt je er maar mee’. Ze zeggen in feite: ’ik voel me bij je betrokken, ik hou van je, maar je bent zelf verantwoordelijk’.
Spiegelen
Als je spiegelt, ben je eerder geneigd om tegen de ander te zeggen dat hij de problemen die hij veroorzaakt, zelf moet oplossen. Je laat de verantwoordelijkheid bij de ander. Dat betekent niet dat mensen die spiegelen zeggen: ‘je redt je er maar mee’. Ze zeggen in feite: ’ik voel me bij je betrokken, ik hou van je, maar je bent zelf verantwoordelijk’.

Slide 22 - Tekstslide

Wat heeft je voorkeur en waarom?

Slide 23 - Open vraag

Beter spiegelen dan sponzen?
Sponzen is op zich niet fout of verkeerd. Er zijn situaties waarin je de regie moet overnemen en iemand moet proberen te ‘redden’. Bijvoorbeeld in een crisis. Maar over het algemeen hebben naasten vaak de neiging te veel te sponzen en zou het beter zijn als zij wat meer spiegelen.

Het belangrijkste verschil tussen de redder (de spons) en de grensrechter (de spiegel) is dat de laatste gezonder blijft. Je raakt niet overvoerd met alles wat er gebeurt, de stress loopt minder hoog op.

Slide 24 - Tekstslide

Gebruik geen te lange zinnen of moeilijke woorden.
Praat niet over te diepgaande onderwerpen.
Probeer de cliënt zelf een onderwerp te laten kiezen.
Praat niet te snel, blijf rustig en gun ook de cliënt voldoende tijd om te praten.
Spring niet van de hak op de tak en hou het onderwerp duidelijk.
Wees altijd geduldig, ook bij 'verkeerde' antwoorden.
Praat niet met teveel mensen tegelijk, gun de cliënt de nodige rust.
Praat zelf ook niet te druk of te hard.
Kijk elkaar steeds aan in de ogen en gebruik gebaren.
Gesprekstips voor 
met ouderen

Slide 25 - Tekstslide

Keer je nooit tegen de cliënt en blijf hem steunen.
Praat mee met de verhalen, ook al slaan ze op niets.
Heb respect voor zijn of haar gevoelens, hoe boos ze ook zijn.
Probeer situaties te vermijden waarbij de cliënt zich boos maakt.
Probeer de cliënt, indien mogelijk, troost te bieden.
Laat de persoon doen wat hij wil, zolang dat geen gevaar vormt ten minste.
Doe, indien mogelijk, de cliënt na bij bepaalde handelingen.
Gesprekstips 
 cognitieve problemen.

Slide 26 - Tekstslide

Ga op zoek naar de favoriete geuren, kleuren en geluiden van de cliënt.
Experimenteer met lichamelijk contact zoals strelingen of zelfs knuffels.
Verwacht niets van de persoon in kwestie.
Besef dat fysiek contact vrijwel de enige vorm van 'communicatie' is.
Creëer een bekende sfeer van vertrouwen en genegenheid.
Gesprekstips bij ernstige
 cognitieve problemen.

Slide 27 - Tekstslide

Waar letten we op tijdens
het gesprek?

Slide 28 - Open vraag

Wat voor tips hebben we voor elkaar???

Slide 29 - Tekstslide