culturele verschillen

Communicatie binnen verschillende culturen
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Communicatie binnen verschillende culturen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Wist je dat...
  • Genegenheid tonen in het openbaar, zoals zoenen of vriendschappelijk aanraken in Indonesië en Suriname over het algemeen wordt afgekeurd?
  • ‘Nee’ zeggen als onbeleefd wordt gezien, onder andere door mensen uit Indonesië, Turkije en Marokko? Ze willen de ander niet in verlegenheid brengen.
  • Alleen Nederlanders met hun hand naast het oor zwaaien als het eten lekker
    is? En dat veel mensen uit andere culturen dit een vreemd gebaar kunnen vinden? 
  • Vreemden een hand geven, in een groot aantal culturen om religieuze redenen niet op prijs wordt gesteld?

Slide 19 - Tekstslide

Tweefietsersmodel van Pinto
Als twee fietsers naar elkaar toe fietsen gaat het sneller dan wanneer één fietser de gehele afstand moet afleggen.




---->----------------<----

Slide 20 - Tekstslide

Aandachtspunten
  • open houding en belangstelling tonen
  • eenvoudige woorden, korte zinnen (evt. tolk)
  • verdiep je in de cultuur (bijv. oogcontact is teken van onvriendelijkheid in sommige Aziatische culturen)
  • stel concrete vragen (wie, wat, waar, wanneer). Je kunt beter vragen wanneer iemand naar de tandarts is geweeest i.p.v. of iemand naar de tandarts is geweest
  • check of de ander je goed heeft begrepen
  • beoordeel de normen en waarden van de ander niet vanuit je eigen normen en waarden
  • let eens op hoe je praat. Is het levendig, vriendelijk of eerder
    gereserveerd en voorzichtig? hoe praat een cliënt? Praat eens hetzelfde als de cliënt. Spiegel het stemgebruik van de cliënt. Let maar eens op wat er gebeurt in jullie contact. 

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht

Slide 22 - Tekstslide