Les 3 - Herhaling H3.2 + H3.4

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

H3.2 + H3.3 - 

Periodiek systeem

en Atomen

Planning

• Leerdoelen
  

• Herhaling §3.2 + §3.4
• => Middels oefenopdrachten

• Aan de slag

Leerdoelen

Na deze les weet ik...:

• hoe het periodiek systeem der elementen opgebouwd is
• de specifieke namen van groep 1, 2, 17 en 18

Na deze les kan ik...:

• omschrijven hoe een atoom opgebouwd is
• bepalen hoeveel deeltjes een specifiek atoom heeft

Kolommen (van boven naar beneden) worden in het periodiek systeem ... genoemd.

1. Verticale perioden
2. Groepen
3. Halogenen
4. Staarten

De perioden in het periodiek systeem zijn gerangschikt op:

1. Stofeigenschappen
2. Massa
3. Reactiviteit
4. Groepen

Hoeveel groepen heeft het periodiek systeem?

1. 18
2. 100
3. 188
4. 118

Groep 2 van het periodiek systeem zijn de:

1. Alkalimetalen
2. Halogenen
3. Edelgassen
4. Aardalkalimetalen

In welke groep van het periodiek systeem staan de edelgassen?

1. Groep 1
2. Groep 2
3. Groep 17
4. Groep 18

Waar staan de metalen in het periodiek systeem

1. links
2. rechts
3. boven
4. onder

Elementen hebben Elementsymbolen

• Zie tabel 3.8 (blz. 78)
• Eerste letter = altijd een hoofdletter!
• Tweede letter? => altijd een kleine letter!

• Deze moet je leren voor het SO voor over 2 weken
• => 2-kanten op

Herhaling

Perioden 

-> Horizontale rij

-> Gerangschikt op toenemende massa

Groepen

-> Verticale kolom

-> Gegangschikt op eigenschap

Uitleg

Groepen

-> Gegangschikt op eigenschap

-> Specifieke namen:

1 - Alkalimetalen

2 - Aardalkalimetalen

17 - Halogenen

18 - Edelgassen

Hoe ziet een atoom eruit?

Uit welke 3 deeltjes bestaat een atoom?

In de kern van een atoom bevinden zich...

1. Protonen
2. Neutronen
3. Protonen en elektronen
4. Neutronen en protonen

Wat is de lading van protonen in de kern van een atoom?

1. positief
2. negatief
3. neutraal

Wat bepaald het aantal protonen in de kern?

1. Atoomnummer
2. Massagetal
3. Kerngetal

Wat bepaald de atoommassa?

1. Het aantal protonen
2. Het aantal neutronen
3. Het aantal protonen + elektronen
4. Het aantal neutronen + protonen

Atoommodel

Atoomdeeltjes

Kern:

• Protonen 
• Neutronen

Om kern:

• Elektronen
  

Atoomdeeltjes

Kern:

• Protonen      -> lading +1
• Neutronen   -> neutraal

Om kern:

• Elektronen   -> lading -1
  

Evenveel + als -, dus evenveel protonen als elektronen...

Het aantal protonen is gelijk aan ...

1. het aantal elektronen
2. het aantal neutronen

Atoomdeeltjes

Atoomnummer = aantal protonen = aantal elektronen

Massagetal = aantal protonen + aantal neutronen

Hoeveel protonen heeft natrium?

1. 11
2. 23
3. 12
4. 34

Hoeveel elektronen heeft natrium?

1. 11
2. 23
3. 12
4. 34

Hoeveel neutronen heeft natrium?

1. 11
2. 23
3. 12
4. 34

Pak het periodiek systeem erbij (zie achter in je boek)

Hoeveel protonen heeft het element Kalium (K)?

1. 19
2. 39,1
3. 20
4. 40

Pak het periodiek systeem erbij (zie achter in je boek)

Hoeveel neutronen heeft het element Kalium (K)?

1. 19
2. 39,1
3. 20
4. 40

Atoommodellen

Atoommodel van Rutherford     en      Atoommodel van Bohr

Teken nu zelf, in je schrift, een Neon-atoom, volgens het atoommodel van Bohr

Atoommodel van Bohr -> Tekenen

Atoomdeeltjes

• Atoomnummer = aantal protonen = aantal elektronen
• Massagetal = aantal protonen + aantal neutronen

• Hoe komt het dat het massagetal een kommagetal is?
• => massagetal is een gemiddelde van isotopen die op aarde voorkomen
• => Isotopen?

• = hetzelfde element (dus een gelijk aantal elektronen en protonen) maar met een verschillend aantal neutronen.

Isotoop - Waterstof

Isotoop - Koolstof

Het atoomnummer is het zelfde als...

1. Aantal elektronen
2. Aantal neutronen
3. Aantal protonen
4. Aantal neutronen + protronen

Natrium heeft atoomnummer 11 en massagetal 23. Hoeveel neutronen heeft natrium?

1. 11
2. 12
3. 23
4. 34

Wie heeft het periodiek systeem bedacht?

1. Rutherford
2. Mendelejev
3. Einstein
4. Bouwman

In groep 2 van het periodiek systeem staan de ...

1. Alkalimetalen
2. Aardalkalimetalen
3. Edelgassen
4. Halogenen

In groep 17 van het periodiek systeem staan de ...

1. Alkalimetalen
2. Aardalkalimetalen
3. Edelgassen
4. Halogenen

De elementen in het periodiek systeem noemen we ook wel atomen

1. waar
2. niet waar

Wat is het atoomnummer van Calcium? (gebruik je periodiek systeem)

1. 19
2. 20
3. 39
4. 40

Wat is het atoomnummer van Koolstof? (gebruik je periodiek systeem)

1. 6
2. 8
3. 10
4. 12

Welk element zal sneller met andere stoffen reageren?
Helium of Natrium?

1. Helium
2. Natrium
3. Beide even snel
4. Dat kan je niet zeggen

Aan de slag 

• Doorlezen §3.1, §3.2 + §3.4
• Maken:
  

      * §3.1 => opdr. 3, 9, 10 

      * §3.2 => opdr. 12, 14, 19, 24,                                       25 

      * §3.4 => opdr. 46, 49, 51, 57, 

                                     58, 60

• Eerste 5 minuten in stilte
• Daarna fluisterend overleggen met buur of werken met muziek

• Vraag? Steek je hand op
• Af? => Elementen leren of                      nakijken