Je leert nieuwe woorden en verbreedt je (receptieve) woordenschat.
Kan teksten begrijpen die hoofdzakelijk bestaan uit hoogfrequente dagelijkse, of aan het werk gerelateerde taal. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, gevoelens en wensen in persoonlijke brieven begrijpen. (ERK B1)
Slide 3 - Tekstslide
Vokabeln - K3 Lektion 6
Was: KennenlernenK3- Lernbox Lektion 6 (S. 140)
Mit wem:
Gemeinsam: Lernbox besprechen (Aussprache und Bedeutung)
Selbstständig: machen Aufgabe 51 (S. 129)
Zeit: 3 Minuten, danach besprechen
Hilfsmittel: K3 Lernbox Lektion 6
Fertig = Lernen K3 Lernbox Lektion 6
timer
3:00
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Goed om vooraf te weten
Gebruik het woordenboek alleen als het noodzakelijk is, het kost namelijk veel tijd. Bedenk of er een woord lijkt op het Duitse woord, dat je op de juiste betekenis kan brengen.
Om een vraag goed te beantwoorden is het belangrijk dat je de vraag goed begrijpt. Vertaal (desnoods) elk woord uit de vraag. Is het een meerkeuze vraag? Dan is het ook belangrijk dat je de antwoorden goed begrijpt zodat je weet waarin ze van elkaar verschillen.
Meestal zijn er van de antwoorden een paar klinkklare onzin en de andere lijken erg op elkaar. Bij meerkeuze staat er vaak een antwoord in, dat lijkt op iets wat in de tekst staat, maar juist het tegendeel is van de vraag of staan er in de antwoordopties dingen die op zich best kloppen, maar die niet het antwoord op de vraag zijn. Laat je niet misleiden!
Slide 6 - Tekstslide
Lesen:Text 1, 2 (3)
Wie
Stap 1: Bedenk waarover de tekst gaat ->Lay-out bekijken, tekstsoort bepalen, titel vertalen.
Stap 2: Lees alleen de vraag (dus bij meerkeuze niet de antwoorden)
Stap 3: Lees de tekst en zoek gericht naar het antwoord op de vraag. Let goed op de
signaalwoorden en leestekens (:, ;) in de tekst, maar ook op de eerste en laatste
zinnen in elke alinea. Deze bevatten vaak belangrijke (kern)informatie.
Stap 4: Beantwoord je vraag. Kijk bij meerkeuze na welk antwoord het dicht bij jouw antwoord
in de buurt kwam. Beantwoord open vragen in het Nederlands.
Markeer de zin/tekstdeel waarin jij het antwoord gevonden hebt!
Mit wem
Selbstständig, in Ruhe
Hilfsmittel
Wörterbuch D-N (alleen gebruiken wanneer nodig)
Zeit
25 Minuten
Ergebnis
Die Antworten werden am Ende der Stunde besprochen
Fertig
1. Lesen Buch oder Buchbesprechung schreiben
2. Lernen Wochenaufgaben K3 L6 (N-D) -> Montag wird die Liste abgefragt
timer
25:00
Slide 7 - Tekstslide
Nächste Stunde
Buch lesen/ Buchbesprechung: Tschick
Lesen: Vorbereitung T3 Lesefertigkeit
Hören und Sehen: Neuneinhalb + Fragen
Schuif je stoel aan en laat het lokaal netjes achter.
Kan teksten begrijpen die hoofdzakelijk bestaan uit hoogfrequente dagelijkse, of aan het werk gerelateerde taal. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, gevoelens en wensen begrijpen. (ERK B1)
Slide 11 - Tekstslide
Adjektiv - bijvoeglijk naamwoord
Slide 12 - Tekstslide
der-groep
ein-groep
Slide 13 - Tekstslide
Null - groep
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Grammatik - Adjektiv
Machen: K3 L4 Aufgabe 36, 37
Hulpmiddel: Buch Seite 119
Zeit: 20 Minuten, danach besprechen
Fertig =
Lernen weektaak (Lernliste Lektion 6)
Weiterlesen Buch/Buchbesprechung
timer
20:00
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Besprechen: Text 1, 2
Lesen:Text 3, 4, (5)
Wie
Stap 1: Bedenk waarover de tekst gaat ->Lay-out bekijken, tekstsoort bepalen, titel vertalen.
Stap 2: Lees alleen de vraag (dus bij meerkeuze niet de antwoorden)
Stap 3: Lees de tekst en zoek gericht naar het antwoord op de vraag. Let goed op de
signaalwoorden en leestekens (:, ;) in de tekst, maar ook op de eerste en laatste
zinnen in elke alinea. Deze bevatten vaak belangrijke (kern)informatie.
Stap 4: Beantwoord je vraag. Kijk bij meerkeuze na welk antwoord het dicht bij jouw antwoord
in de buurt kwam. Beantwoord open vragen in het Nederlands.
Markeer de zin/tekstdeel waarin jij het antwoord gevonden hebt!
Mit wem
Selbstständig, in Ruhe
Hilfsmittel
Wörterbuch D-N (alleen gebruiken wanneer nodig)
Zeit
25 Minuten
Ergebnis
Die Antworten werden am Ende der Stunde besprochen
Fertig
1. Lesen Buch oder Buchbesprechung schreiben
2. Lernen Wochenaufgaben K3 L6 (N-D) -> Montag wird die Liste abgefragt
timer
25:00
Slide 21 - Tekstslide
Nächste Stunde
Lesen TL Examen: Text 7, 8, 9
Schuif je stoel aan en laat het lokaal netjes achter.
Slide 22 - Tekstslide
H4 - Woche 10 - Stunde 2
Slide 23 - Tekstslide
Auf dem Tisch
Klaarleggen:
Arbeitsbuch + Fachbuch
Heft
Stift
Anfangsaufgabe
Nimm ein Buch vom Stapel.
Wir lesen 10 Minuten.
Fülle die Buchbesprechung aus wenn das du Buch ausgelesen hast.
Notiere wo du geblieben bist.
timer
10:00
Slide 24 - Tekstslide
Planung Stunde 1
Vorbereitung T3: Lesefertigkeit VMBO TL: Text 1 - 4 machen
Lernziele
ERK B1 Niveau
Kan teksten begrijpen die hoofdzakelijk bestaan uit hoogfrequente dagelijkse, of aan het werk gerelateerde taal. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, gevoelens en wensen in persoonlijke brieven begrijpen.
Slide 25 - Tekstslide
Goed om vooraf te weten
Gebruik het woordenboek alleen als het noodzakelijk is, het kost namelijk veel tijd. Bedenk of er een woord lijkt op het Duitse woord, dat je op de juiste betekenis kan brengen.
Om een vraag goed te beantwoorden is het belangrijk dat je de vraag goed begrijpt. Vertaal (desnoods) elk woord uit de vraag. Is het een meerkeuze vraag? Dan is het ook belangrijk dat je de antwoorden goed begrijpt zodat je weet waarin ze van elkaar verschillen.
Meestal zijn er van de antwoorden een paar klinkklare onzin en de andere lijken erg op elkaar. Bij meerkeuze staat er vaak een antwoord in, dat lijkt op iets wat in de tekst staat, maar juist het tegendeel is van de vraag of staan er in de antwoordopties dingen die op zich best kloppen, maar die niet het antwoord op de vraag zijn. Laat je niet misleiden!
Slide 26 - Tekstslide
Lesen:Text 1, 2, 3, 4
Wie
Stap 1: Bedenk waarover de tekst gaat ->Lay-out bekijken, tekstsoort bepalen, titel vertalen.
Stap 2: Lees alleen de vraag (dus bij meerkeuze niet de antwoorden)
Stap 3: Lees de tekst en zoek gericht naar het antwoord op de vraag. Let goed op de
signaalwoorden en leestekens (:, ;) in de tekst, maar ook op de eerste en laatste
zinnen in elke alinea. Deze bevatten vaak belangrijke (kern)informatie.
Stap 4: Beantwoord je vraag. Kijk bij meerkeuze na welk antwoord het dicht bij jouw antwoord
in de buurt kwam. Beantwoord open vragen in het Nederlands.
Markeer de zin/tekstdeel waarin jij het antwoord gevonden hebt!
Mit wem
Selbstständig, in Ruhe
Hilfsmittel
Wörterbuch D-N (alleen gebruiken wanneer nodig)
Zeit
25 Minuten
Ergebnis
Die Antworten werden am Ende der Stunde besprochen
Fertig
1. Lesen Buch oder Buchbesprechung schreiben
2. Lernen Wochenaufgaben K3 L6 (N-D) -> Montag wird die Liste abgefragt
timer
25:00
Slide 27 - Tekstslide
Nächste Stunde
Buch lesen
Texte 1- 4 besprechen
Tschick Film
Schuif je stoel aan en laat het lokaal netjes achter.