2.1 deel 1 LJ1+LJ2

Vak: Mens en Maatschappij
Hoofdstuk: 2.1
1. 
Lesopening
2. 
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5. 
Begeleid inoefenen
6.
Zelfstandig werken
7. 
Evaluatie
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Vak: Mens en Maatschappij
Hoofdstuk: 2.1
1. 
Lesopening
2. 
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5. 
Begeleid inoefenen
6.
Zelfstandig werken
7. 
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening LJ1
LJ1: Pak je boek van M&M en open deze op blz 52.


LJ2: Open je boek op blz 48/49. Ga alvast zelfstandig aan de slag met de introductie. 

Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel & leergebiedoverstijgende doelen
Aan het eind van deze les:
- weet je hoe het Romeinse keizerrijk ontstond en bestuurd  werd
- begrijp je hoe de Rijn de grens van het Romeinse rijk werd en kun je uitleggen hoe de Romeinen met de volken rond de grens omgingen

Leergebiedoverstijgende doelen: 
Samenwerkend leren:
- kan het groepsbelang voor het eigen belang stellen
- vervult verschillende rollen 

Slide 3 - Tekstslide

3. Arrangementen + mini-check
Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): niemand

Iedereen doet mee met de mini-check. 

Slide 4 - Tekstslide

Wat is een andere naam voor de tijd van Grieken en Romeinen?

Slide 5 - Open vraag

Hoe noem je het geld dat de ambtenaren ophaalden?
A
Prijzengeld
B
Belasting
C
Lidmaatschap
D
Samenlevingsgeld

Slide 6 - Quizvraag

De oudheid duurde van...
A
1000 n.C. - 1500 n.C.
B
2000 v.C. - 50 n.C.
C
3000 v.C. - 500 n.C

Slide 7 - Quizvraag

De leider van de Romeinen was een...
A
Koning
B
Soldaat
C
Dictator
D
Keizer

Slide 8 - Quizvraag

Wie maakt wat? 
Had je alle vragen van de mini-check goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk. 
Je maakt opdracht 1 t/m 6 op blz 52 t/m 54


De rest doet mee met de instructie. 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Geen of 1 vraag goed bij de mini-check -->
Dan maak je samen met mij opdracht 4 en 6.

Slide 22 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 6 op blz 52 t/m 54.



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na.
Daarna maak je de herhalingsopdrachten op blz 58
timer
1:00

Slide 23 - Tekstslide

1. Lesopening LJ2
Pak je boek van M&M en open deze op blz 50.

Slide 24 - Tekstslide

2. Lesdoel & leergebiedoverstijgende doelen
Aan het eind van deze les:
    - weet je hoe Nederland vanaf 1815 bestuurd werd.
    - kun je uitleggen wat door de grondwet van 1848 veranderde in het bestuur van Nederland.


    Leergebiedoverstijgende doelen: 
    Samenwerkend leren:
    - kan het groepsbelang voor het eigen belang stellen
    - vervult verschillende rollen 

    Slide 25 - Tekstslide

    3. Mini-check + arrangementen
    Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): Niemand


    Iedereen doet mee met de mini-check op Lesson Up. 

    Slide 26 - Tekstslide

    Uit welke landen bestond het Koninkrijk der Nederlanden in 1815?
    A
    Nederland en Duitsland
    B
    Nederland en Friesland
    C
    Nederland en België
    D
    Nederland, België en Luxemburg

    Slide 27 - Quizvraag

    Wie was het staatshoofd in 1815?
    A
    Willem I
    B
    Willem II
    C
    Leopold
    D
    Willem van Oranje

    Slide 28 - Quizvraag

    Wat is een constitutionele monarchie?
    A
    Een land met een koning
    B
    Een land met een grondwet
    C
    Een land met een gekozen president
    D
    Een land met een koning en een grondwet

    Slide 29 - Quizvraag

    Wie maakt wat?
    Had je alle vragen van de mini-check goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk. 



    De rest doet mee met de instructie. 
    Je maakt: 
    Je leest de theorie op bladzijde 51 & 52. 
    Hierna maak je opdracht 1 t/m 7 op blz. 50 t/m 53

    Slide 30 - Tekstslide

    4. Instructie

    Slide 31 - Tekstslide

    Slide 32 - Link




    Napoleon

    Nederland tot 1813
    • Onderdeel van Frankrijk
    • Een Franse koning in Nederland: Lodewijk Napoleon

    Slide 33 - Tekstslide

    Koninkrijk der Nederlanden
    - 1815: koning Willem I werd staatshoofd. 

    - Nederland en België werd één land. 

    - Koning Willem I bestuurde ook Luxemburg, maar dit bleef een zelfstandig land. 

    Slide 34 - Tekstslide

    Nederland
    Nederland werd een koninkrijk met een grondwet. 
             constitutionele monarchie. 

    De koning was de leider van de regering. Hij regeerde samen met ministers. Zij maakten de wetten en zorgden ervoor dat die werden uitgevoerd. 

    Ook was er een parlement met een Eerste Kamer en een Tweede Kamer. Samen noem je die Staten-Generaal. Zij stemden of wetten uitgevoerd konden worden. 

     De koning koos de leven de Eerste Kamer. De rijkste mannen uit het land kozen de leden van de Tweede Kamer. 

    Slide 35 - Tekstslide

    Steeds meer mensen waren ontevreden over het bestuur. Rijke ondernemers wilden meer inspraak (liberalen). 

    Zij streefden naar vrijheid in de politiek.

    Niet iedereen wilde dit (conservatieven). Zij wilde dat de macht bij de koning en de adel bleef. 

    In 1830 kwamen liberalen en katholieken in Zuid-Nederland in opstand tegen de koning. Zij stichtten een nieuw koninkrijk, namelijk België.

    Slide 36 - Tekstslide

    Nieuwe grondwet 1848
    • Koning Willem II wordt koning (1840)
    • Veel democratische revoluties in Europa
    • Nieuwe grondwet in 1848 door Thorbecke.
    • Burgers kregen meer vrijheden en het parlement kreeg meer te zeggen. 
    • De koning mocht zich niet meer bemoeien met de politiek. 
    • Eerste Kamer werd gekozen door volksvertegenwoordiging in de provincies. 


    Slide 37 - Tekstslide

    Belangrijke begrippen: 
    Staatshoofd: Persoon met het hoogst gezag in de staat

    Constitutionele monarchie: een regeringsvorm waarbij dek koning zich aan de grondwet moet houden. 

    Ministers: lid van de regering

    Eerste Kamer: deel van de Staten-Generaal (het parlement), waarvan de leden door de volksvertegenwoordiging in de provincies gekozen zijn.

    Tweede Kamer: Deel van de Staten-Generaal (het parlement), waarvan de leden door burgers gekozen zijn.

    Liberalen: iemand die in de politiek streeft naar meer vrijheid. 

    Conservatieven: iemand die in de politiek streeft naar behoud van bestaande toestanden. 

    Slide 38 - Tekstslide

    5. Begeleid inoefenen
    Vind je het nog lastig? Dan maken we samen opdracht 4

    De rest gaat zelfstandig aan het werk. 

     
    Je maakt: 
    Je leest de theorie op bladzijde 51 & 52. 
    Hierna maak je opdracht 1 t/m 7 op blz. 50 t/m 53

    Slide 39 - Tekstslide

    6. Zelfstandig werken
    LJ 1 - Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 6 op blz 52 t/m 54
    LJ 2 - Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 7 op blz. 50 t/m 53.


    Ben je klaar?
    Dan kijk je het werk na en verbeter je waar nodig.
    LJ 1 - Hierna ga je de herhaling maken op blz. 58
    LJ 2 - Hierna ga je de herhaling maken op blz. 56

     
    timer
    1:00

    Slide 40 - Tekstslide

    7. Evaluatie LJ1
    Hoe ging de les?
    Heb je nog vragen of vind je nog iets lastig? 


    Lesdoelen: 
    - weet je hoe het Romeinse keizerrijk ontstond en bestuurd werd?
    - begrijp je hoe de Rijn de grens van het Romeinse rijk werd en kun je uitleggen hoe de Romeinen met de volken rond de grens omgingen?

    Slide 41 - Tekstslide

    7. Evaluatie LJ2
    Hoe ging de les?
    Heb je nog vragen of vind je nog iets lastig? 


    Lesdoelen: 
    - weet je hoe Nederland vanaf 1815 bestuurd werd?
    - kun je uitleggen wat door de grondwet van 1848 veranderde in het bestuur van Nederland?

    Slide 42 - Tekstslide

    Huiswerk & Toetsen
    Huiswerk LJ1: 
    Vrijdag 14 oktober
    2.1 opdracht 1 t/m 6


    Huiswerk LJ2: 
    Vrijdag 14 oktober 
    2.1 opdracht 1 t/m 7
    Toetsen LJ1: 




    Toetsen LJ2: 

    Slide 43 - Tekstslide