3 De Romeinen - 2 Leven in het Romeinse Rijk

h2 les 1
De Romeinen
3
Tijd van Grieken en Romeinen 3000 v.C. - 500
2- Leven in het Romeinse Rijk
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

h2 les 1
De Romeinen
3
Tijd van Grieken en Romeinen 3000 v.C. - 500
2- Leven in het Romeinse Rijk

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

h2 les 1
Tijd van Grieken en Romeinen 3000 v.C. - 500
Leven op het platteland
In het Romeinse Rijk woonden veruit de meeste mensen op het platteland. Tot de 2e eeuw v.C. waren veel Romeinen vrije boeren met een eigen stuk land, waarop ze fruit en graan verbouwden.

Vanaf de 2e eeuw v.C. werd deze groep van vrije boeren echter steeds kleiner.

Oorzaak:
Deze boeren moesten in het leger vechten en waren soms jaren van huis. Werk op de boerderij kon onvoldoende worden gedaan. Kregen schulden en moesten hun boerderij verkopen. Veel boeren trokken vervolgens naar de stad voor werk

Landgoed van een rijke Romein, ergens op het platteland van Italië. De eigenaar en zijn gezin woonden in het grote witte gebouw bovenaan. 

Slide 7 - Tekstslide

h2 les 1
Tijd van Grieken en Romeinen 3000 v.C. - 500
Leven op het platteland
Op het platteland kwam ondertussen steeds meer grond in handen van een kleine groep grootgrondbezitters

Dit waren mensen met hoge banen in het leger en het bestuur, die zich tijdens de veroveringsoorlogen hadden verrijkt met het bezit van overwonnen vijanden. Met die rijkdommen kochten ze de grond van de verarmde boeren op en stichtten ze grote landbouwbedrijven.

Hier woonden ze in chique huizen, villa’s geheten, terwijl slaven het werk deden. De opbrengst ging naar de steden, waar de producten op de markt werden verkocht.

Slide 8 - Tekstslide

h2 les 1
Tijd van Grieken en Romeinen 3000 v.C. - 500
Leven in de stad
De veranderingen op het platteland hadden grote gevolgen voor de Romeinse steden.

In de eerste twee eeuwen v.C. groeiden die erg hard door de komst van de verarmde boeren. Deze boeren bezaten niets meer behalve hun kinderen (proles in het Latijn). Vandaar dat ze proletariërs werden genoemd. 

Zij verhuurden zichzelf af en toe, bijvoorbeeld als bouwvakker, maar konden vaak niet rondkomen.

Slide 9 - Tekstslide

h2 les 1
Tijd van Grieken en Romeinen 3000 v.C. - 500
Leven in de stad
De proletariërs waren daarom afhankelijk van de giften van de mensen aan de top van de Romeinse samenleving: de elite. 

Dit waren de allerrijksten, de eigenaren van de grote villa’s op het platteland. De mannen uit deze groep zaten ook in de senaat en voerden het leger aan. 

Deze elite was bang dat de proletariërs uit onvrede over hun situatie in opstand zouden komen. Ze probeerde dat te voorkomen door onder andere voedsel uit te delen, maar bijvoorbeeld ook door te zorgen voor goed drinkwater voor iedereen.

 

Slide 10 - Tekstslide

h2 les 1
Tijd van Grieken en Romeinen 3000 v.C. - 500
Leven in de stad
Ook betaalde de elite allerlei vormen van vermaak. Beroemd zijn de gladiatorenspelen. In speciaal gebouwde stadions vochten beroepskrijgers met elkaar en met wilde dieren. Vaak vielen er doden bij deze kostbare shows, maar de Romeinen waren er dol op.

Naast proletariërs en mensen uit de elite woonden in een Romeinse stad nog allerlei andere mensen, zoals ambachtslieden, winkeliers en handelaren. 
Zij waren niet heel rijk, maar ook niet heel arm, en vormden een aparte sociale laag. Daarnaast woonden er ook slaven in de stad.

 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

h2 les 1
Tijd van Grieken en Romeinen 3000 v.C. - 500
Slaven en vrouwen
In de Romeinse samenleving stonden mensen die tot slaaf waren gemaakt, helemaal onderaan. Zij waren het bezit van hun meester en hadden geen enkel recht. 

In het Romeinse Rijk leefden heel veel slaven: rond 100 v.C. was daar ongeveer een op de drie mensen een slaaf. Een rijke familie kon er gemakkelijk honderden hebben. Dat was mogelijk doordat Rome op zo’n grote schaal oorlog voerde. 

De Romeinen konden dus heel wat krijgsgevangenen tot slaaf maken.

 

Slide 13 - Tekstslide

h2 les 1
Tijd van Grieken en Romeinen 3000 v.C. - 500
Slaven en vrouwen
Heel weinig rechten hadden ook Romeinse vrouwen. 

Zij waren ondergeschikt aan hun mannen, vaders of broers. Hun taak was de huishouding en het opvoeden van kleine kinderen. In de praktijk werkten armere vrouwen vaak ook buitenshuis.

Aan het bestuur mochten vrouwen niet deelnemen, maar achter de schermen konden vrouwen uit de elite via hun mannen soms nog enige politieke invloed uitoefenen.

 
Grafzerk van een Romeinse vrouw, Aveta, die tussen 160 en 170 n.C. op 25-jarige leeftijd overleed. Het meisje rechts kan haar dochtertje zijn, maar ook een jonge slavin. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide