Erfelijkheid 9 (BS 5: Stambomen)
1 / 15
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Bij dolfijnen erft stompe neus recessief over. Twee heterozygote dolfijnen met een spitse neus krijgen 50 nakomelingen.
1. Maak een kruisingsschema van deze paring.
2. Hoeveel % (en nakomelingen) heeft een stompe neus?
1. Maak een kruisingsschema van deze paring.
2. Hoeveel % (en nakomelingen) heeft een stompe neus?
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
Een laboratorium bacterie kan verschillende vormen en kleuren hebben. Blauw (B) is dominant over rood (b). Wat is de kans dat twee rode bacteriën een blauwe bacterie maken?
A
0%
B
25%
C
50%
D
100%
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
1. Wie is het afwijkende kind?
2. Welke eigenschap is dominant?
2. Welke eigenschap is dominant?
Slide 9 - Open vraag
aa
aa
aa
aa
Aa
Aa
Aa
AA
AA
A?
A?
Slide 10 - Sleepvraag
aa
aa
Aa
Aa
aa
aa
Aa
Aa
Aa
AA
AA
A?
A?
Slide 11 - Sleepvraag
aa
aa
Aa
Aa
aa
aa
Aa
Aa
Aa
AA
AA
A?
A?
Slide 12 - Sleepvraag
Slide 13 - Tekstslide
Wat is dominant?
A
aandoening
B
zonder aandoening
Slide 14 - Quizvraag
A = rood
a = blauw
a = blauw
aa
Aa
Aa
A ?
A ?
aa
aa
Aa
