GT1B/GT1C 19-4-2022

Aardrijkskunde GT1




19-4-2022
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Aardrijkskunde GT1




19-4-2022

Slide 1 - Tekstslide

Wat heb je nog onthouden
van de vorige les?

Slide 2 - Woordweb

Oriëntatie
  • Huiswerk afgerond?
  • Leerdoelen
       - je weet dat de breedteligging en hoogteligging invloed hebben op de 
         temperatuur
       - je begrijpt waardoor temperatuurverschillen op aarde ontstaan

Slide 3 - Tekstslide

Lesplanning
  • Uitleg §3.2 (15 min)
       - Breedteligging en temperatuur
       - Hoogteligging en temperatuur
  • Maken  §3.2 (20 min)
       Opdracht 1 t/m 3

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg §3.2

Slide 5 - Tekstslide

Dichtbij de evenaar is het ...
A
warmer
B
kouder

Slide 6 - Quizvraag

Op de Noordpool en Zuidpool is het ...
A
warmer
B
kouder

Slide 7 - Quizvraag

Maak de regel over temperatuur en breedteligging af:
hoe verder van de evenaar, hoe ...

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Waarom is het op lage breedte warmer dan op hoge breedte?

Slide 11 - Open vraag

Op 50° N.B. is het oppervlak dat de zon moet verwarmen ... dan op 10° N.B.
Wat moet er op de ... staan?
A
groter
B
kleiner

Slide 12 - Quizvraag

Op 5° Z.B. staat de zon ... aan de hemel dan op 80° Z.B.
Wat moet er op de ... staan?
A
lager
B
hoger

Slide 13 - Quizvraag

Wat gebeurt er met de temperatuur als je een bergtop gaat beklimmen?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

Op 0 meter is het 20 °C en de bergtop is 4.000 meter hoog.
Wat is de temperatuur op de bergtop?
A
8 °C
B
2 °C
C
-2 °C
D
-4 °C

Slide 16 - Quizvraag

Hoe komt het dat het steeds kouder wordt als je omhoog gaat?

Slide 17 - Open vraag

Soorten steden
  • Megasteden: minimaal 10 miljoen inwoners; vooral in arme landen
  • Wereldsteden: belangrijke rol voor de economie, politiek of cultuur wereldwijd; vooral in rijke landen
  • Hoofdsteden: meestal de plek waar de regering zit
  • Primate cities: 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land; 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad 
Aan het werk
Wat?
Lezen §3.2
Maken §3.2: opdracht 1 t/m 3
Waar?
Werkboek of digitaal lesmateriaal
Hoe?
20 minuten; zelfstandig of samenwerken
Vragen via chat of microfoon
Klaar?
Maken §3.2: opdracht 4 en 5

Slide 18 - Tekstslide

Afsluiting

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk voor 22-3
  • Maken §3.2: opdracht 1 t/m 3

Slide 20 - Tekstslide

Wat heb je vandaag
geleerd?

Slide 21 - Woordweb