HEY 4.4 Optimale allocatie bij volledige mededinging

4.4 Optimale allocatie bij volledige mededinging
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

4.4 Optimale allocatie bij volledige mededinging

Slide 1 - Tekstslide

Welke marktvorm past bij de volgende kenmerken:
- Homogeen product
- Transparante markt
- Veel aanbieders
- Eenvoudige toetreding
A
Volkomen concurrentie
B
Monopolie
C
Monopolistische concurrentie
D
Oligopolie

Slide 2 - Quizvraag

MO = MK
A
vertelt ons bij welke productie-omvang het bedrijf maximale winst haalt.
B
ertelt ons bij welke productie-omvang de producent maximale omzet haalt.
C
vertelt ons de productie-omvang waarbij er geen winst en geen verlies gemaakt wordt.

Slide 3 - Quizvraag

Als de vraagcurve naar rechts verschuift zal in het nieuwe marktevenwicht de prijs ...(1) en de hoeveelheid ...(2) zijn
A
1 lager 2 lager
B
1 lager 2 hoger
C
1 hoger 2 lager
D
1 hoger 2 hoger

Slide 4 - Quizvraag

Marktevenwicht
qa = 4P - 120
qv = -2P +240
Bereken de evenwichtsprijs en -hoeveelheid
A
P= 20 euro q = 40 stuks
B
P = 60 euro q = 120 stuks
C
P = 60 euro q = 240 stuks

Slide 5 - Quizvraag

Deelvraag
Wat zijn de voor- en nadelen van een markt met volledige mededinging?

Slide 6 - Tekstslide

volledige mededinging
de markt bepaald de prijs
individuele producent

Slide 7 - Tekstslide

Optimale allocatie
  • = de best mogelijke verdeling van de beschikbare productiefactoren.
  • Bij volledige mededinging gaan we er vanuit dat er sprake is van optimale allocatie.
  • De bijdrage van de markt aan de welvaart is  maximaal.
  • Het economisch surplus is maximaal. 
  • De prijzen zijn zo laag mogelijk.

Slide 8 - Tekstslide

Collectieve goederen
  • Individuele goederen - producten die kunnen worden gesplitst in individueel leverbare eenheden, waarvoor een prijs gevraagd kan worden
  • Collectieve goederen - producten die niet gesplitst kunnen worden in individuele eenheden
  • Quasi-collectieve goederen - wanneer de overheid een individueel product aanbiedt

Slide 9 - Tekstslide

Waarom en hoe grijpt de overheid in?

Collectieve producten
- Vrije marktwerking is niet mogelijk bij:
Dijken
Politie
Defensie
Rechtbank
Onderwijs

Dit kan je namelijk niet "verkopen"

Slide 10 - Tekstslide

Externe effecten
Negatieve externe effecten: 
- niet het doel van de productie
- komen niet in de prijs van het product tot uitdrukking, de kosten zijn voor de maatschappij.

Wat kan je zeggen over de prijs die op de markt ontstaat bij een product met negatieve externe effecten?

Slide 11 - Tekstslide

Maatschappelijke kosten
 negatieve externe effecten

Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag!
4.4 Optimale allocatie bij volledige mededinging lezen
Maken opdr. 4.16 t/m 4.20

Vergeet niet na te kijken!

Slide 13 - Tekstslide