Paragraaf 5.4A: Gevolgen geldeconomie en Investituursstrijd

Lesdoel
Je kunt de belangrijkste gevolgen noemen van de opkomst van de geldeconomie voor het bestuur.
Je kunt uitleggen waarom de paus en vorsten in de late middeleeuwen een conflict hadden met elkaar.
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lesdoel
Je kunt de belangrijkste gevolgen noemen van de opkomst van de geldeconomie voor het bestuur.
Je kunt uitleggen waarom de paus en vorsten in de late middeleeuwen een conflict hadden met elkaar.

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik: Wat is het leenstelsel?

Slide 2 - Open vraag

Terugblik: Welke veranderingen waren er in de tijd van Steden en Staten?

Slide 3 - Open vraag

Terugblik: Wat hebben agrarische-stedelijke samenleving en geldeconomie met elkaar te maken?

Slide 4 - Open vraag

Handboek Blz. 81
In tijd van Steden en Staten ontstond:
- Agrarisch-stedelijke samenleving
- Geldeconomie
- Steden

Slide 5 - Tekstslide

Handboek Blz. 81
In tijd van Steden en Staten ontstond:
- Agrarisch-stedelijke samenleving
- Geldeconomie
- Steden

Nadeel voor de vorsten: Weinig invloed op de steden.

Slide 6 - Tekstslide

Handboek Blz. 81
In tijd van Steden en Staten ontstond:
- Agrarisch-stedelijke samenleving
- Geldeconomie
- Steden

Nadeel voor de vorsten: Weinig invloed op de steden.
Voordeel voor de vorsten: Via belastingen profiteren van rijkdom van steden en boeren betalen pacht in geld. -> Vorsten krijgen meer geld binnen.

Slide 7 - Tekstslide

Handboek Blz. 81
Vorsten hadden dus meer geld. Gevolgen:
  1. Vorsten konden met geld ambtenaren in dienst nemen die hielpen met het bestuur.

Slide 8 - Tekstslide

Wat zijn ambtenaren?

Slide 9 - Open vraag

Waarom waren ambtenaren voor de vorst beter dan leenmannen?

Slide 10 - Open vraag

Handboek Blz. 81
Vorsten hadden dus meer geld. Gevolgen:
  1. Vorsten konden met geld ambtenaren in dienst nemen die hielpen met het bestuur.
  2. Vorsten konden oorlog voeren met behulp van een huurleger, in plaats van met leenmannen zoals vroeger was.

Slide 11 - Tekstslide

Wat is een huurleger?

Slide 12 - Open vraag

Waarom is een huurleger beter dan een leger van leenmannen?

Slide 13 - Open vraag

Handboek Blz. 81
Vorsten hadden dus meer geld. Gevolgen:
  1. Vorsten konden met geld ambtenaren in dienst nemen die hielpen met het bestuur.
  2. Vorsten konden oorlog voeren met behulp van een huurleger, in plaats van met leenmannen zoals vroeger was.
Dus: Macht van de adel (leenmannen) werd minder, macht van de vorst werd meer.

Slide 14 - Tekstslide

Handboek Blz. 82
Lees eerste alinea van blz. 82.

Slide 15 - Tekstslide

Wat is een bisschop?

Slide 16 - Open vraag

Waarom benoemden vorsten bisschoppen?

Slide 17 - Open vraag

Waarom was de paus het hier niet mee eens? (tweede alinea)

Slide 18 - Open vraag

Handboek Blz. 82
Vorsten benoemen bisschoppen.
Paus vindt dat hij de enige is die bisschoppen mag benoemen.
-> 
11e eeuw: Ruzie tussen Duitse keizer en de paus.

Slide 19 - Tekstslide

Handboek Blz. 82
Vorsten benoemen bisschoppen.
Paus vindt dat hij de enige is die bisschoppen mag benoemen.
-> 11e eeuw: Ruzie tussen Duitse keizer en de paus.

1122: Einde ruzie. Paus mocht als enige bisschoppen benoemen, maar mocht zich niet meer bemoeien met bestuur van het land. Keizer mocht zich niet bemoeien met de kerk.

Slide 20 - Tekstslide

Toetsstof
Leren voor de toets:
- Paragraaf 5.1 t/m 5.5, Paragraaf Afsluiting
- Tijdvakken en periode (Blz. 9: V.2.2)
- Blz. 10-11: V2.5, V3.1, V3.2

Slide 21 - Tekstslide

Huiswerk
Paragraaf 5.4: Zie leerdoelenkaart.

Deadline: Maandag 14 juni 07.00

Slide 22 - Tekstslide