Bij verkleinwoorden gebruik je het lidwoord
''het''.
Eindigt het woord met -l, -n, -w, -r, -e, -a, -o of -ui dan eindigt het met -tje.
De tuin - het tuintje
De trui - het truitje LET OP!
De maan - het maantje Eindigt het woord op een klinker?
De oma - het omaatje