Bekende interpretatiefouten1. Conclusies trekken op basis van onvolledige informatie (al dan niet bewust);
2. de hierboven genoemde factoren kunnen ons beeld vertroebelen;
3. te snel reageren: geen tijd nemen om het totale verhaal op te nemen;
4. generaliseren: een incident uitbreiden tot algemeen geldende regel of gedrag (vgl. zwart-wit denken);
5. vooroordelen: over bepaalde typen/groepen mensen bijvoorbeeld.
6. stereotyperingen: geitenwollen sokken, yuppies, koorballen, links/rechts enz.
7. halo-effect: een eigenschap wordt overheersend.
8. identificatie: werkt sympathie dan wel antipathie in de hand
9. projectie: eigen gevoelens toekennen aan anderen
10. persoonlijke normen verabsoluteren: hoe ik het doe is (vaak onbewust) norm voor anderen