Juist of onjuist? Als het BBP stijgt, stijgt de welvaart.
A
juist
B
onjuist
Slide 22 - Quizvraag
De dieselprijs per liter is in een week tijd gestegen van € 1,32 naar € 1,40. Hoeveel euro is de dieselprijs gestegen?
Bereken de toename in procenten. Rond af op één decimaal.
A
5,3%
B
7,8%
C
6,1%
D
8,4%
Slide 23 - Quizvraag
Gebruik de grafiek hiernaast. Kijk naar de lijn die de ongelijke inkomensverdeling weergeeft. Hoeveel procent van het nationaal inkomen wordt verdiend door de rijkste 30% van de bevolking?
Slide 24 - Open vraag
Italië heeft een nationaal inkomen van € 1.450 miljard. Het land heeft 62 miljoen inwoners. Bereken het inkomen per hoofd van de bevolking. Rond af op twee decimalen.
A
€ 24.456,76
B
€ 23.387,10
Slide 25 - Quizvraag
Wat gebeurt er met de koopkracht als er sprake is van inflatie?
A
De koopkracht blijft gelijk.
B
De koopkracht neemt toe.
C
De koopkracht neemt af.
D
Het heeft niets met elkaar te maken.
Slide 26 - Quizvraag
Je werkt bij de supermarkt. Je verdient elke maand 100 euro. Is dit je nominaal of reëel inkomen?
A
nominaal inkomen
B
reëel inkomen
Slide 27 - Quizvraag
Het indexcijfer voor de prijs van een fiets is in 2018 112. De waarde van de fiets is dan 2099,- In 2016 was het indexcijfer 108. Wat was de waarde van de fiets toen?
Slide 28 - Open vraag
Bereken het CPI voor dit jaar. Rond af op een heel getal.