Thema wonen oefenen voor toets verkort

• Rekenen
• MBO
• Studiejaar 1

Oefenen voor de toets thema wonen

Waar zijn de mandarijnen
het goedkoopst?

1. Bij Super A
2. Bij Super B

Joran koopt 700 gram perziken.
Hoeveel moet Joran betalen?

Maya maakt 5,5 liter limonade.
Ze deelt de limonade uit in
bekers van 250 ml.
Hoeveel bekers kan ze uitdelen?

1. 20
2. 22
3. 24
4. 25

Een gemeente plant 3.500 nieuwe bomen. 23% van deze bomen zijn eikenbomen. Hoeveel eikenbomen worden er geplant in deze gemeente?

Wat is de oppervlakte in m²:

1. 300 m²
2. 70 m²
3. 3.000 m²
4. 140 m²

Er zitten normaal 800 dieren
in de opvang. Vandaag
komen er 30 extra katten bij.
Hoeveel katten zijn er nu?

1. 352
2. 382
3. 830
4. 844

Janine maakt 5 smoothies.
Voor 2 smoothies heeft zij 80ml yoghurt nodig.
Hoeveel ml yoghurt heeft Janine nodig?

1. 200ml
2. 250ml
3. 300ml
4. 400ml

Je krijgt 15% korting.
Hoeveel moet je
betalen?

1. € 2,85,-
2. € 16,15
3. € 17,85
4. € 18,85

25% van de verkochte producten is melk
Welk cirkeldiagram past hierbij?

1. 
2. 
3. 
4. 

Joyce besteedt elke maand €60 van haar bijbaantje aan kleding. Joyce verdient €240? per maand. Welk deel besteedt Joyce aan kleding?

1. 1/3
2. 1/4
3. 1/5
4. 1/6

Van breuk naar procent
Hoeveel procent is 2/5 ?

1. 15%
2. 25%
3. 35%
4. 40%

Hoeveel milligram is
3 gram + 0,5 gram?

1. 3050 mg
2. 3500 mg
3. 3005 mg
4. 3500 ml

Dylan koopt 8 flesjes.
Elk flesje is 300 ml.
Hoeveel liter fris koopt hij?

1. 24L
2. 20l
3. 2,4L
4. 2L