Cursus les 9

Les 9 klassenmanagement
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
PedagogiekBeroepsopleiding

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Les 9 klassenmanagement

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inhoud
  • video klassenmanagement
  • breakoutroom praktijkuitwisseling/ vragen meenemen voor intervisie
  •  Planmatig werken
  • Zelfsturing/ executieve funcies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klassenmanagement?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Link

Deze slide heeft geen instructies

breakoutroom
Bespreken van aspecten klassenmanagement uit fragment in vergelijking met eigen situatie?
en 
Intervisie met eigen vragen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

klassenmanagement groot
Schoolorganisatie
leerstofjaarklassensysteem? Of anders? Werken in units?
Eigen groep of groepsdoorbrekend?
Leerpleinen?
Welke rol heeft OWO?
Hulpmiddelen?                                            
Structuur!

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Digikeuzebord
Overzicht leerplein

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

klassenmanagement klein
  • Inrichting klaslokaal/ vaste kring? tafeltjes?
  • Hoeken/ materialen 
  • lesrooster
  • ochtendritueel
  • speelleertijd 
  • dagritme
  • hulpmiddelen: ketting, planbord, eigen laatjes,...
  • kringtijd? gesplitste kring, aanpakken in kleine groepjes..
  • observeren
  • Picto's
  • etc...

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen klassenmanagement?

Slide 12 - Woordweb

veiligheid
voorspelbaarheid
zelfsturing
structuur
differentiatie
ruimte
Ontwikkeling
observeren
planmatig werken
Pedagogisch
Soc emotioneel
executieve functies ontwikkelen

Activiteiten bij jonge kind en klassenmanagement
                              Hoe kies je activiteiten?
                                Welke soort activiteiten?
                                                 Wat is je uitgangspunt als OWO?

Slide 13 - Tekstslide

breakoutroom!! 10 minuutjes
Ga uit van doelen en ontwikkelingslijnen!

                      en
Spel bij het jonge kind centraal

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Handelingsgericht werken

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

handelingsgericht werken
Observeren
Kennis van ontwikkelingslijnen/ kennis van aanpak
Aansluiten in zone van de naaste ontwikkeling
Plannen van het aanbod in klassenmanagement
Ruimte voor differentiatie
Zelfstandig werken aanpak in de groep
Evalueren
Registeren en plannen vervolgaanbod

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfsturing en executieve functies
in relatie tot klassenmanagement!!

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Lees onderstaande instructies zorgvuldig. Neem papier en pen bij de hand.
Je krijgt ca. 25 seconden de tijd voor deze taak.

1. Lees eerst alle vragen voor je begint.
2. Schrijf je naam op het papier.
3. Wat is de uitkomst van 9 x 6 ?
4. Schat de leeftijd van de gene die naast je zit.
5. Wat heb je gisterenavond gedaan?
6. Is 4 x 2 hetzelfde als 2 x 4?
7. Bedenk wat je morgenavond gaat eten.
8. Hoeveel tijd kost het je om het alfabet op te zeggen?
9. Ben je tevreden over je executieve functies?
10. Voer alleen opdracht 2 uit.


Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Plannen, prioriteiten stellen, keuzes maken aandacht richten, problemen oplossen, flexibiliteit, onderdrukken impulsen.
Executieve Functie (EF) is een neurowetenschappelijke term, die verwijst naar de (neuropsychologische) vaardigheden waarover mensen beschikken om taken uit te voeren. Het gaat over controlerende en aansturende functies van ons gedrag, denken en handelen. EF zegt niets over de intellectuele capaciteiten van een kind, maar wel alles over hoe het kind zijn mogelijkheden kan benutten. Executieve functies zijn denkvaardigheden die het gedrag sturen.
Reguleren: in goede banen leiden

Slide 21 - Tekstslide

i
Welke executieve functies zag je achtereenvolgens terug in de opdracht?
A
respons inhibitie werkgeheugen volgehouden aandacht
B
volgehouden aandacht problemen oplossen cognitieve flexibiliteit
C
respons inhibitie werkgeheugen cognitieve flexibiliteit
D
volgehouden aandacht metacognitie werkgeheugen

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

melk uit de koelkast

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan er allemaal mis gaan?
Welke exectieve functies heb je nodig?

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


A
planning en organisatie
B
volgehouden aandacht
C
werkgeheugen
D
emotieregulatie

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
volgehouden aandacht
B
Planning en organisatie
C
respons inhibititie
D
emotieregulatie

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
planning en organisatie
B
respons inhibitie
C
werkgeheugen
D
emotieregulatie

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
emotieregulatie
B
planning en organisatie
C
respons inhibitie
D
werkgeheugen

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
volgehouden aandacht
B
respons inhibitie
C
Taakinitiatie
D
problemen oplossen

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Plannen en taakinitiatie

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

plannen en taakinitiatie
Modellen is erg belangrijk: maak samen een plan
Kinderen eigenaar plan
Voorwaarden voor organisatie (kratten labelen, stickertjes kapstok enz.)
Stappen bespreken
Visualiseer
Deel grote taken op een kleinere, hapklare stukken

Laat kind van tevoren bedenken hoe en wanneer de taak wordt uitgevoerd: vergroot betrokkenheid en kans wordt groter dat kind zonder te klagen aan de taak begint

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelgericht gedrag

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgehouden aandacht
Speel mee!
Maak het kind (mede)verantwoordelijk
Maak duur activiteit visueel
Loop vaste rondes tijdens speelwerkles
Maak een activiteit interessant: verras het brein!
Wissel luisteren af met bewegen
Geef compliment als het kind lukt aandacht vast te houden

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Emotieregulatie
Bouw routines in

Bereid kinderen voor op wat ze kunnen verwachten en wat ze kunnen doen als ze zich overweldigd voelen -> plan van aanpak
Benoem gevoelens ->  taal
Geef de kinderen een script dat ze kunnen volgen in probleemsituaties

Slide 37 - Tekstslide

grotere voorspeller van schoolsucces!!
Je hebt er ongetwijfeld al eens van gehoord: de marshmallow test van wetenschapper Walter Mischel, waarmee al bij jonge kinderen kan worden aangetoond of een kind later succesvol wordt of niet. Een nieuwe vervolgstudie suggereert dat het niet (alleen) een kwestie van intelligentie, maar ook van omgeving is.
Hoe ging die test, die al uit 1972 stamt, ook alweer? Een kind krijgt een marshmallow aangeboden, maar mag er ook voor kiezen om het snoepgoed niet aan te nemen. Dan krijgt het kind er een kwartier later namelijk twee. Er bleek een correlatie te bestaan tussen de keuze die het kind maakte en het succes op latere leeftijd. Kinderen die slechts aan de korte termijn dachten, waren in hun latere leven minder succesvol dan kinderen die de marshmallow konden weerstaan.
Een nieuw onderzoek laat zien dat de omstandigheden van het kind invloed hebben op zijn keuze. Kinderen die in een vertrouwde omgeving opgroeien, zijn sneller geneigd om te kiezen voor meer marshmallows over een kwartiertje, dan een enkele in een keer.
Om dat te meten, is een deel van de kinderen twee keer teleurgesteld alvorens de marshmallows in het spel kwamen: er werden grotere stiften beloofd (maar die kwamen niet) en een mooiere sticker (maar ook die kwam niet). Bij de marshmallows trapten ze er niet meer in. Ze wilden het snoepje, en wel direct.
KINDEREN MET EEN EERLIJKE LAB MEDEWERKER WACHTEN VIER KEER ZO LANG
Celeste Kidd, wetenschapper op Rochester University, publiceerde een paper in Cognition over de studie. De onderzoekers deden het experiment bij 28 kinderen van drie tot vijf jaar oud - en de de resultaten waren zo duidelijk dat een grotere sample niet nodig was om statistisch accuraat te zijn.
In onze studie lieten we de marshmallow test voorafgaan door te bewijzen dat de laboratorium medewerker betrouwbaar was of juist onbetrouwbaar. Kinderen die de medewerker als betrouwbaar bestempelden, wachtten vier keer zolang tot ze de marshmallow aten dan kinderen die het experiment met een onbetrouwbare medewerker uitvoerden (12 minuten vs. 3 minuten).

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ivo zit pas 2 maanden in groep 3 en kan zich in de ochtendkring moeilijk focussen. Hij steekt geen vinger op en roept steeds door de klas ook op het moment dat er instructie wordt gegeven. Die gaat grotendeels aan hem voorbij. Eenmaal aan zijn tafeltje ‘speelt’ hij met de knutselspulletjes terwijl de andere kinderen voortvarend aan de slag gaan en een Pietje maken voor Sinterklaas.

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat valt op aan casus als je deze naast tabel legt?

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies