D-toets 2.1 en 2.2

Welkom
Hoofdstuk 2 
Paragraaf 2.2 oplossen met inklemmen
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Hoofdstuk 2 
Paragraaf 2.2 oplossen met inklemmen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
  • Nakijken
  • Terugblik
  • Doelen van deze les
  • Zelfstandig werken
  • Verlengde instructie
  • Afsluiting / vooruitblik

Slide 2 - Tekstslide

Nakijken

Opdracht 30 t/m 33

Slide 3 - Tekstslide

- formule
- tabel
- grafiek
- begingetal
- stijggetal
- daalgetal 
- getal onder de hand
- inklemmen
Wat weten we al?

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoel
check

Slide 5 - Tekstslide

  • Het benoemen van het begingetal in een formule.
  • Het benoemen van het stijggetal/daalgetal in een formule.
  • Het maken van een formule bij een lineaire grafiek (rechte lijn).
  • Vegelijking oplossen met inklemmen

Slide 6 - Tekstslide

Los de vergelijking op:
12,5 + 1,25 x tijd in uren = 45

Slide 7 - Open vraag

Los de vergelijking op:
12500 - 3,5 x tijd in dagen = 11205

Slide 8 - Open vraag

Maak de formule
bij de grafiek.

(bij de horizontale as staat 'tijd in uren')
A
5 + 2,50 x tijd in uren
B
inkomsten in euro's=5 + 2,50 x tijd in uren
C
inkomsten in euro's= 2,50 + 5 x tijd in uren
D
tijd in uren = 2,50 + 5 x inkomsten in euro's

Slide 9 - Quizvraag

Maak de formule
bij de grafiek.
A
inkomsten in euro's= 5 + 5 x tijd in uren
B
inkomsten in euro's= 5 + 2,50 x tijd in uren
C
tijd in uren = 5 + 3 x inkomsten in euro's
D
5 + 2,50 x tijd in uren

Slide 10 - Quizvraag

Maak de formule
bij de grafiek.

(bij de horizontale as staat 'tijd in uren')
A
lengte in cm= 12 + 3 x tijd in uren
B
tijd in uren = 12 - 3 x lengte in cm
C
12 - 3 x tijd in uren
D
lengte in cm= 12 - 1.5 x tijd in uren

Slide 11 - Quizvraag

Sam verdient volgens de volgende formule:
inkomsten in euro = 3,50 + 4,25 x tijd in uren

Hij verdient 41,75 euro.
Welke vergelijking hoort hierbij?

Slide 12 - Open vraag

Aan de slag met
Diagnostische toets 2.1 en 2.2
blz. 110 en 111


Eerste 8 minuten in STILTE werken
timer
20:00

Slide 13 - Tekstslide

Lesdoel
check

Slide 14 - Tekstslide

Aan het einde van de les...
.......kun je een vergelijking oplossen met inklemmen

Slide 15 - Tekstslide

Wat is inklemmen?
A
Bij inklemmen teken je eerst de grafiek en ga je dan opzoek naar de oplossing.
B
Bij inklemmen ga je eigenlijk gewoon steeds een antwoord proberen.
C
Bij inklemmen gok je het antwoord.

Slide 16 - Quizvraag

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 17 - Open vraag

Hoe goed heb jij opgelet?
Geef jezelf een cijfer
110

Slide 18 - Poll

Vooruitblik 
SO 2.1 en 2.2

Slide 19 - Tekstslide

Inklemmen hoe werkt dat nu?
Inklemmen is eigenlijk slim gokken.
Hoe kun je slim gokken?

Slide 20 - Tekstslide

Som 24 blz 83.
Hoeveel water heeft Agnes verbruikt?
A
65,36 m³
B
38 m³
C
40 m³
D
69 m³

Slide 21 - Quizvraag

Huiswerk


Opdracht: 14 t/m 33 + rekenbreak

Slide 22 - Tekstslide