2.4 Formules maken bij grafieken

Vandaag
-  Terugblik vorige les
- Uitleg 2.4
Leerdoel: Ik kan formules maken bij grafieken
- Bezig met de opdrachten 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vandaag
-  Terugblik vorige les
- Uitleg 2.4
Leerdoel: Ik kan formules maken bij grafieken
- Bezig met de opdrachten 

Slide 1 - Tekstslide

Doel van deze les:
Ik weet wat het stijg- en/of daalgetal is
Ik weet wat het begingetal is
Ik kan een formule maken bij een grafiek met een rechte lijn
Ik weet dat ik ook een letter kan gebruiken voor de horizontale as i.p.v. woorden
Ik weet dat ik deze letter dan ook moet gebruiken in de formule

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik

3x + 5 = 8
Los deze vergelijking op

Slide 3 - Tekstslide

Stappenplan formules maken bij grafieken
  1.  Wat staat er bij de verticale as
  2.   =
  3.  Begingetal
  4.  + of -
  5.  Stijggetal ( + ) of daalgetal ( - ) uitrekenen
  6.  x
  7.  Wat staat er bij de horizontale as

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Oefenen
- Wat staat er bij de verticale as?
- Wat is het begingetal?
- Wat is het stijggetal?
- Dalende grafiek of stijgende grafiek?
- Wat staat er bij de horizontale as? 




Slide 6 - Tekstslide

2.4 Formules maken bij grafieken 

Dalende grafiek

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide



Inhoud in liters= 12000 - 2000t
t: tijd in uren

Slide 9 - Tekstslide

Doel van deze les:
Ik weet wat het stijg- en/of daalgetal is
Ik weet hoe ik het stijg- en/of daalgetal moet uitrekenen

Slide 10 - Tekstslide

Wat is het stijggetal?
Is de hoeveelheid die er in 1 uur, 1 maand, 1 behandeling enzovoort erbij komt of eraf gaat

Soms kun je dat niet direct aflezen in de grafiek

Slide 11 - Tekstslide

Hoe?
1. twee punten kiezen die je makkelijk kunt aflezen (5,30) en (15,60)
2. reken uit hoeveel dit is per 1 week
Zie voorbeeld hiernaast

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Stijggetal en daalgetal berekenen

Slide 14 - Tekstslide

Stijg en/of daalgetal
Wat is het stijggetal van deze grafiek?

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

  • Schrijf de formule op die bij de grafiek hoort.

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de formule bij deze grafiek?

Slide 18 - Tekstslide

Maak de formule
bij de grafiek.

(bij de horizontale as staat 'tijd in uren')
A
5 + 2,50t
B
inkomsten in euro's=5 + 2,50t
C
inkomsten in euro's= 2,50 + 5t
D
t= 2,50 + 5 x inkomsten in euro's

Slide 19 - Quizvraag

Maak de formule
bij de grafiek.
A
inkomsten in euro's= 5 + 5t
B
inkomsten in euro's= 5 + 2,50t
C
t= 5 + 3 x inkomsten in euro's
D
5 + 2,50t

Slide 20 - Quizvraag

Maak de formule
bij de grafiek.

(bij de horizontale as staat 'tijd in uren')
A
lengte in cm= 12 + 3t
B
t= 12 - 3 x lengte in cm
C
12 - 3t
D
lengte in cm= 12 - 1.5t

Slide 21 - Quizvraag

Wat heb je deze les geleerd?
  • Het benoemen van het begingetal in een formule.
  • Het benoemen/berekenen van het stijggetal/daalgetal in een formule.
  • Het maken van een formule bij een lineaire grafiek (rechte lijn).

Slide 22 - Tekstslide

Bezig met de opdrachten

Slide 23 - Tekstslide