NK, Kapitel 9, les 4, week 11, pers.vnw in 3e naamval

Willkommen,
heute ist Montag
der 23. Oktober 
Willkommen liebe Schüler
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Willkommen,
heute ist Montag
der 23. Oktober 
Willkommen liebe Schüler

Slide 1 - Tekstslide

Lernziel(e)
1. Je weet wat een persoonlijk voornaamwoord is en wat het betekent als deze in de 3e naamval staat.

Slide 2 - Tekstslide


Studiewijzer periode 2

Slide 3 - Tekstslide

Programma:
Deel 1:
- nakijken huiswerk
- uitleg nieuwe grammatica
- zelfstandig werken grammatica

Deel 2:
-oefening spreekvaardigheid
-zelfstandig werken grammatica

Slide 4 - Tekstslide

Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?
Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?

Slide 5 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
1. Maak van Kapitel 9, D Lesen
    Aufgabe 14 en 15 in je boek
2. Leer de woorden van K9 Nl-Du

Slide 6 - Tekstslide

Aufgabe 14

Slide 7 - Tekstslide

Aufgabe 15

Slide 8 - Tekstslide

Het persoonlijk voornaamwoord in de derde naamval

Slide 9 - Tekstslide

Het persoonlijk voornaamwoord:
vervangt een persoon, personen, dieren of voorwerpen

de man = hij
Marieke = zij
mijn ouders = zij  mv



Slide 10 - Tekstslide

Het persoonlijk voornaamwoord
1e naamval (onderwerp)
Nederlands                                               Duits
ik                                                                   ich
jij                                                                   du
hij/zij/het                                                  er/sie/es
wij                                                                wir
jullie                                                            ihr
zij/U                                                            sie/Sie
wie                                                              wer



Slide 11 - Tekstslide

voorzetsels die de 3e naamval  krijgen:
aus                         uit
bei                          bij
mit                         met
nach                     naar (bij steden, landen)
seit                        sinds
von                        van / door (bij personen)
zu                          naar (bij personen)



Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Het persoonlijk voornaamwoord
3e naamval  (meewerkend voorwerp)
"met jij is het altijd leuk"
-> met jou = meewerkend voorwerp, 
in het Duits: Mit du -> mit dir

Slide 14 - Tekstslide

Zelfstandig aan het werk
1. Maak van Kapitel 9, E Grammatik
    Aufgabe  18, 19, 20 en 21
2. Klaar?  Leer de woorden van K9 via Study-go of slim              stampen. 





Slide 15 - Tekstslide

Zelfstandig aan het werk: K8
1. Maak van Kapitel 8, A Sehen
    Aufgabe 1 + 2 online
2. Maak van Kapitel 8, B Wortschatz
    Aufgabe 3, 4, 5, 6, 7, 10\
3. Schrijf de woorden van K8 Niederländisch -Deutsch linker      kolom in je schrift (de laars t/m moeten)





Slide 16 - Tekstslide

Hausaufgaben
1. Maak van Kapitel 9, E Grammatik
    Aufgabe 18, 19, 20 en 21
2. Klaar? Leer de grammatica A+B van Kapitel 9







Slide 17 - Tekstslide

Kijk nu terug naar de lesdoelen:
Je weet wat een persoonlijk voornaamwoord is en wat het betekent als deze in de 3e naamval staat.

Slide 18 - Tekstslide

Ben je goed voorbereid voor de toets van Kapitel 6?
010

Slide 19 - Poll