19-04 Afronden 11.2 variabelen vermenigvuldigen

Welkom bij wiskunde
Pak alvast je spullen.
(Boek, Schrift, Pen)
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij wiskunde
Pak alvast je spullen.
(Boek, Schrift, Pen)

Slide 1 - Tekstslide

Leerlingen thuis
Je kijkt/luistert mee met de uitleg.
Daarna ga je zelfstandig aan het werk. (Je mag natuurlijk ook alvast beginnen terwijl ik nog aan het uitleggen ben.)

Je mag de vergadering uit bij de dia ''Zelfstandig werken''.

Slide 2 - Tekstslide

Programma & Lesdoelen
- Herhalen/Uitleg Paragraaf 11.2
- Zelfstandig werken
(op dit punt mogen de leerlingen
thuis uit de vergadering)
- Afsluiting
Lesdoelen:
- Iedereen kan paragraaf 11.2 helemaal maken.

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Bij vermenigvuldigen laten we keertekens weg tussen letters en getallen en tussen letters met andere letters. Bijvoorbeeld:

Slide 4 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Bij vermenigvuldigen laten we keertekens weg tussen letters en getallen en tussen letters met andere letters. Bijvoorbeeld:
3ab=

Slide 5 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Bij vermenigvuldigen laten we keertekens weg tussen letters en getallen en tussen letters met andere letters. Bijvoorbeeld:
3ab=3ab

Slide 6 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Bij vermenigvuldigen laten we keertekens weg tussen letters en getallen en tussen letters met andere letters. Bijvoorbeeld:
3ab=3ab
4efg=

Slide 7 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Bij vermenigvuldigen laten we keertekens weg tussen letters en getallen en tussen letters met andere letters. Bijvoorbeeld:
3ab=3ab
4efg=4efg

Slide 8 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Bij vermenigvuldigen laten we keertekens weg tussen letters en getallen en tussen letters met andere letters. Bijvoorbeeld:
3ab=3ab
4efg=4efg
|
|
|
|
|
|
Dit werkt ook andersom!

Slide 9 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Bij vermenigvuldigen laten we keertekens weg tussen letters en getallen en tussen letters met andere letters. Bijvoorbeeld:
3ab=3ab
4efg=4efg
|
|
|
|
|
|
Dit werkt ook andersom! Bijvoorbeeld:
6abc=6abc

Slide 10 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Bij vermenigvuldigen laten we keertekens weg tussen letters en getallen en tussen letters met andere letters. Bijvoorbeeld:
3ab=3ab
4efg=4efg
|
|
|
|
|
|
Dit werkt ook andersom! Bijvoorbeeld:
6abc=6abc
Bij herleiden, moet je het zo kort mogelijk schrijven, dus zoals hier links.

Slide 11 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Je mag bij een lange reeks vermenigvuldigingen de volgorde veranderen. Daarom kun je getallen gewoon berekenen:

3a2b6c=

Slide 12 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Je mag bij een lange reeks vermenigvuldigingen de volgorde veranderen. Daarom kun je getallen gewoon berekenen:
Zet hierin alle getallen vooraan:
3a2b6c=
326abc=

Slide 13 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Je mag bij een lange reeks vermenigvuldigingen de volgorde veranderen. Daarom kun je getallen gewoon berekenen:
Zet hierin alle getallen vooraan:



(3 keer 2 keer 6 = 36)
3a2b6c=
326abc=36abc

Slide 14 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Je mag bij een lange reeks vermenigvuldigingen de volgorde veranderen. Daarom kun je getallen gewoon berekenen:
Zet hierin alle getallen vooraan:

De tussenstap waar je alleen de volgorde verandert,
hoef je niet op te schrijven.

(3 keer 2 keer 6 = 36)
3a2b6c=
326abc=36abc

Slide 15 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Met formules herleiden gebruiken we ook machten.
Je weet als het goed is dat                                  (=64).


43=444

Slide 16 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Met formules herleiden gebruiken we ook machten.
Je weet als het goed is dat                                  (=64).
Bij letters gebruiken we machten juist andersom, zoals:


43=444
aaaaaa=

Slide 17 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Met formules herleiden gebruiken we ook machten.
Je weet als het goed is dat                                  (=64).
Bij letters gebruiken we machten juist andersom, zoals:


43=444
aaaaaa=a6

Slide 18 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Met formules herleiden gebruiken we ook machten.
Je weet als het goed is dat                                  (=64).
Bij letters gebruiken we machten juist andersom, zoals:

(Weer met het doel formules korter te schrijven/te herleiden.)
43=444
aaaaaa=a6

Slide 19 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Met al deze regels samen, kun je vrij grote dingen herleiden.
Bijvoorbeeld:
3a5b2a4bcba=

Slide 20 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Met al deze regels samen, kun je vrij grote dingen herleiden.
Bijvoorbeeld:
3a5b2a4bcba=
3524ababcba=
Alle getallen vooraan:

Slide 21 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Met al deze regels samen, kun je vrij grote dingen herleiden.
Bijvoorbeeld:
3a5b2a4bcba=
3524ababcba=
Alle getallen vooraan:
120ababcba=

Slide 22 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Met al deze regels samen, kun je vrij grote dingen herleiden.
Bijvoorbeeld:
3a5b2a4bcba=
3524ababcba=
Alle getallen vooraan:
120ababcba=
120a3b3c
Dezelfde letters keer zichzelf geven machten:

Slide 23 - Tekstslide

Herhaling/Uitleg 11.2
Met al deze regels samen, kun je vrij grote dingen herleiden.
Bijvoorbeeld:
3a5b2a4bcba=
3524ababcba=
Alle getallen vooraan:
120ababcba=
120a3b3c
Dezelfde letters keer zichzelf geven machten:

Slide 24 - Tekstslide

Zelfstandig Werken
Werk verder aan paragraaf 11.2




(Leerlingen thuis mogen
nu uit de
vergadering.)
<--

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Afsluiting
- Laatste vragen over variabelen vermenigvuldigen? (par. 11.2)

Slide 27 - Tekstslide

Afsluiting
Geen vragen? Dan kunnen jullie deze dus herleiden!





Als hij correct is uitgewerkt, mogen jullie gaan.

a2b3c5a14a2+25a2bc+3abc2+2a2

Slide 28 - Tekstslide