Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
H6 voorzetsels
Grammatica H6
Je leert wat een voorzetsel is.
Je leert hoe je voorzetsels gebruikt in een zin.
1 / 21
volgende
Slide 1:
Tekstslide
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
In deze les zitten
21 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Grammatica H6
Je leert wat een voorzetsel is.
Je leert hoe je voorzetsels gebruikt in een zin.
Slide 1 - Tekstslide
Waarom voorzetsels?
Voorzetsels geven een plek/plaats aan. Als je een voorzetsel verkeerd gebruikt, klopt je zin niet.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Plaats
Voor
het raam
op
de tafel
bij
de deur
aan
de muur
in
de kamer
achter
het raam
tussen
de bank en de tafel
naast
de bank
tegen
de muur
boven
de tafel
onder
de tafel
om
de tafel
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Luister en doe mee!
Slide 7 - Tekstslide
Ik fiets op de straat.
voorzetsel =
A
ik
B
fiets
C
op
D
straat
Slide 8 - Quizvraag
De jongen stapt in de bus.
A
jongen
B
stapt
C
in
D
bus
Slide 9 - Quizvraag
Het meisje staat in de rij bij de kassa.
A
meisje
B
in
C
bij, kassa
D
in, bij
Slide 10 - Quizvraag
Wat is NIET een voorzetsel?
A
in
B
boek
C
achter
D
naar
Slide 11 - Quizvraag
Wat is NIET een voorzetsel?
A
in
B
vaak
C
achter
D
naar
Slide 12 - Quizvraag
Welk voorzetsel moet in de zin?
De training begint ....... 19.00.
A
in
B
bij
C
op
D
om
Slide 13 - Quizvraag
Welk voorzetsel?
Morgen komt mijn vriendin .... mij eten.
A
bij
B
voor
C
in
D
naar
Slide 14 - Quizvraag
Welk voorzetsel?
...... november komt de maand december.
A
voor
B
naar
C
na
D
naast
Slide 15 - Quizvraag
Welk voorzetsel?
Hij geeft een taart .... zijn moeder.
A
naar
B
aan
C
bij
D
voor
Slide 16 - Quizvraag
Welk voorzetsel?
De juf schrijft ..... een rode pen.
Slide 17 - Open vraag
Welk voorzetsel?
De oefening staat ..... bladzijde 16.
Slide 18 - Open vraag
Welk voorzetsel?
Wanneer ga jij ....... huis?
Slide 19 - Open vraag
Waarom voorzetsels?
Voorzetsels geven een plek/plaats aan. Als je een voorzetsel verkeerd gebruikt, klopt je zin niet.
Wie kan een voorbeeld geven?
Slide 20 - Tekstslide
Maak nu:
Blz. 70 & 71 in je boek
Klaar? maak H6.1 op de computer
Slide 21 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Basisgrammatica Nt2 voorzetsels
Mei 2024
- Les met
22 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Basisgrammatica Nt2 voorzetsels
September 2023
- Les met
25 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Basisgrammatica Nt2 voorzetsels
Mei 2024
- Les met
21 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Coverwork - vrijdag 13 september
September 2024
- Les met
19 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Voorzetsels in het Nederlands
Maart 2023
- Les met
38 slides
door
A-NT2 maar mee!
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
A-NT2 maar mee!
Woorden met een vast voorzetsel
Mei 2020
- Les met
12 slides
door
Numo
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Numo
LaatsteLesH5+H6
April 2024
- Les met
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Digi-doener! | Platte kaarten
Februari 2022
- Les met
11 slides
door
Stichting FutureNL
Mediawijsheid
ICT-basisvaardigheden
+2
Basisschool
Groep 6-8
Stichting FutureNL