Funny holiday stories (p.124)

Wat betekent "funniest"?

A
ergste
B
leukste
C
grappigste
D
mooiste
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Wat betekent "funniest"?

A
ergste
B
leukste
C
grappigste
D
mooiste

Slide 1 - Quizvraag

Wat is het meervoud van het Engelse woord "cactus"?
A
cacti
B
cacty
C
castusses
D
cactuses

Slide 2 - Quizvraag

Wat moest Michael doen bij de bushalte?
A
de cactus uit zijn broekzak halen
B
de prikkels uit de been van een medepassagier halen
C
de cactus uit zijn tas halen
D
de prikkels uit zijn been halen

Slide 3 - Quizvraag

Wat betekent "disappointment"?
A
afspraak
B
teleurstelling
C
gemiste afspraak
D
verdrietig

Slide 4 - Quizvraag

Wat betekent "catch"?
A
vangen
B
vangst
C
gooien
D
werpen

Slide 5 - Quizvraag

Wat is...
"garlic, onion and tomatoes"?
A
knoflook, ui en tomaat
B
garnaal, ui en tomaten
C
garnaal, ui en tomaat
D
knoflook, ui en tomaten

Slide 6 - Quizvraag

Wat betekent "destination"?
A
plaats
B
gebied
C
bestemming
D
buurt

Slide 7 - Quizvraag

Waar leek Sarah haar kapsel op?
A
een vogelnest
B
een zwabber
C
een hond
D
een boom

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent "foreign"?
A
voor
B
internationale
C
buitenlandse
D
binnenlandse

Slide 9 - Quizvraag

Wat kon je met het grappigste verhaal winnen?
A
een week naar Hawaii
B
twee weken naar Hawaii
C
drie weken naar Hawaii
D
vier weken naar Hawaii

Slide 10 - Quizvraag

Waar ligt Marseille?
A
French
B
France
C
Italy
D
Italian

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent "barbs"?
A
prikkel
B
rabarber
C
prikkels
D
lichtbol

Slide 12 - Quizvraag

Wat moet er op de....?
.... sailing boat
A
grandparent
B
grandparents
C
grandparent's
D
grandparents'

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het Engelse woord voor "paars"?
A
pink
B
purpel
C
orange
D
purple

Slide 14 - Quizvraag

Wat betekent "unforgettable"?
A
onvergeeflijk
B
onvergetelijk
C
ongelooflijk
D
ongewoon

Slide 15 - Quizvraag