041023 3T Vakjargon

Vandaag
Over taal blok 2 - vakjargon
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Vandaag
Over taal blok 2 - vakjargon

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen Over taal blok 2
  • Je weet wat vakjargon is en kan voorbeelden noemen.
  • Je leert een aantal spreekwoorden en uitdrukkingen die vakjargon bevatten.

Slide 2 - Tekstslide

Wat denk jij dat er bedoeld wordt met vakjargon/vaktaal?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Vaktaal = vakjargon
Vaktaal of vakjargon is taalgebruik binnen een bepaalde beroepsgroep of vakgebied. Het taalgebruik is zo specifiek op het beroep gericht dat buitenstaanders de woorden of uitdrukkingen moeilijk kunnen begrijpen. In plaats van vakjargon heeft men het ook wel over vaktaal.

Slide 5 - Tekstslide

Vakjargon
Sommige woorden kunnen voor verschillende beroepen een andere betekenis hebben. 
Zo betekent sleutel voor een automonteur iets anders dan voor een makelaar.





Slide 6 - Tekstslide

We gaan zo een paar filmpjes kijken
Maak voor jezelf aantekening over wat jou opvalt en welke vakjargon hier wordt gebruikt.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

0

Slide 9 - Video

Wat valt je op bij deze filmpjes?
Welke vakjargon wordt hier gebruikt?

Slide 10 - Tekstslide

Vakjargon Kok

Slide 11 - Woordweb

Supermarktmedewerker

Slide 12 - Woordweb

Vakjargon Buschauffeur

Slide 13 - Woordweb

Vakjargon Verpleegkundige

Slide 14 - Woordweb

Vakjargon Kapper

Slide 15 - Woordweb

Voor een kapper betekent een pony iets anders dan voor een boer. Leg dit uit.

Slide 16 - Open vraag

Voor een agent betekent een cel iets anders dan voor een bioloog. Leg dit uit.

Slide 17 - Open vraag

Geef een ander woord voor rennen.

Slide 18 - Open vraag

Geef een ander woord voor gevangenis.

Slide 19 - Open vraag

Let op: werkles de volgende les
Huiswerk voor maandag 9 oktober
T3B 4e uur
T3A 7e uur
Over taal blok 2: opdracht 1 t/m 6 en 9, bladzijde 92 en verder

Slide 20 - Tekstslide