Over taal blok 2

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Weet jij de betekenis van alle woorden uit blok 2?

- Examenwoorden

- Schooltaalwoorden

- Vakjargon

- Spreekwoorden en uitdrukkingen

Over Taal

Wat betekent afzwakken?
De winst zwakt af.

1. alles wat er in de tekst staat
2. belangrijkste
3. minder sterk worden
4. laten zien

Wat betekent het woord handelen?
Hoe moet je handelen om meer klanten te trekken?

1. uitleg
2. laten zien
3. doen
4. ook nog, daarbij

Wat betekent het woord accommodatie?

1. vaccinatie
2. inenting
3. pas ontstaan
4. plek met voorzieningen

Wat betekent interactief?

1. ellendig
2. doeltreffend
3. pas ontstaan
4. waarbij je reageert op elkaar

Maak een bijvoeglijk naamwoord van "effect" in de volgende zin:
De ……..maatregelen

Maak een bijvoeglijk naamwoord van "schrijnt" in de zin:
De ……….brandwond

Bij welk beroep horen de volgende woorden:
katheter, diagnose, bloeddruk, revalidatie, injectie

Wat betekent een "sleutel" voor een automonteur en wat voor een makelaar?

Er zit een ….... bij hem los

1. bel
2. golflengte
3. hangijzer
4. schroefje

De …….. slaan bij hem door.

1. bijl
2. stoppen
3. wig
4. ketel

Wij zitten op dezelfde …….

1. golflengte
2. rolletjes
3. stoom
4. ketel

Wat zijn leenwoorden?

Huiswerk

- Maak alle opdrachten van Over Taal blok 3