Gelijke deelname: Taken zijn eerlijk verdeeld, iedereen voelt zich verantwoordelijk voor zijn taak.
Individuele aanspreekbaarheid: Iedereen moet weten wat er gedaan is en kan na afloop over de opdracht vertellen.
Positieve wederzijdse afhankelijkheid: Je hebt elkaar nodig om de opdracht uit te voeren. Je geeft elkaar de ruimte die nodig is. Accepteer dat het anders kan gaan.
Simultane actie: Ieder groepslid/team werkt tegelijkertijd aan de opdracht.
Slide 14 - Tekstslide
Groepen:
Groep 1:Juul, Nadir, Frederiek, Jet
Groep 2: Eva, Nick, Madeleine, Kayla
Groep 3: Max, Isa, Roos, Tana
Groep 4: Julia, Romein, Sjoerd, Myrthe, Dunja
Groep 5: Jente, Mare, Guus, Melanie
Slide 15 - Tekstslide
Onderwerpen:
Groep 1: De Sociale Kwestie
Groep 2: De opbouw van de verzorgingsstaat
Groep 3: Verzuiling en ontzuiling
Groep 4: Opkomst van de pluriforme samenleving
Groep 5: Nederland na 9/11
Slide 16 - Tekstslide
Wat is jouw rol in de groep?
Organisator: Je houdt makkelijk overzicht, regelt dingen, durft anderen opdrachten te geven.
Uitvoerder: Niet praten, maar doen!
Controleur: Je houdt in de gaten wie wat doet en of alles goed gaat.
Creatieveling: Je hebt veel ideeën en houdt ervan als dingen anders gaan.