7. Je legt het verschil uit tussen het animale en het autonome zenuwstelsel
8. Je beschrijft de bouw en werking van de onderdelen van het centrale en het perifere zenuwstelsel
9. Je legt uit hoe een regelkring met zintuigen, zenuwen en spieren helpt bij het uitvoeren van bewegingen
10. Je beschrijft de bouw van zenuwcellen